4. DE WETHOUDERS 19 slag uit zijn functie verleend» Het "bur geme es ter schap werd vanaf die datum tijdelijk waar genomen door de wethouder J.C. van der Aa. Bij Besluit van de rijkscommissaris van 17 Juli 1944 werd de heer G.C. Blom tot "burgemeester "benoemd» Diens installa tie had plaats op 19 Augustus 1944» De heer Blom vertrok met de Duitse "bezetting toen deze in de laatste dagen van October 1944 de stad verliet. Op 29 October 1944? 4e dag der bevrijding,, keerde de heer Van Slobbe als burgemeester dezer gemeente weer en werd bij k.b. van 21 Mei 1946s no. 22 als zodanig herbenoemd met ingang van 25 April 1946. In verband met het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd werd de heer Van Slobbe bij k.b. van 2 October 1947 no. 7 per 1 November 1947 eervol ontslag als burgemeester dezer gemeente verleend. In een speciaal daartoe belegde raadsvergadering nam de heer Van Slobbe afscheid van de raad (28 October 1947)» Tot zijn opvolger werd met ingang van 1 December 1947 be noemd de heer Dr Claudius A. Prinsen, burgemeester van Roosendaal» (Besluit van H.K.H. Prinses Juliana. Regentes van het Koninkrijk, dd. 8 November 1947s no. 43)» De installatie van burgemeester Prinsen vond plaats op 1 December 1947» Gedurende de verslagperiode fungeerden de volgende per sonen als wethouder s Mr E.L.H.M. van Mierlo, sedert 6 September 1927» Herbenoemd 5 September 1939» Op 1 Juni 1942 werd hij als zodanig op last van de Duitse autoriteiten ontslagen. Na de bevrijding vervulde hij de functie weder vanaf 29 October 1944 "tot 3 September 1946- (na een herbenoeming op 12 October 1945)°

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1941 | | pagina 29