1944 1940803
1941
j 1942
4237
I 6618
7800
239
Met het oog op gevaar van beschieting uit vliegtuigen
werd met ingang van 9 October 1944- de autotractie vervangen
door paardentractie, die zoveel minder gevaar opleverde voor
het personeel.
Ka de bevrijding moest de dienst met paardentractie worden
voortgezet, daar het automaterieel beschadigd of incompleet
was. Het gevolg was dat de huisvuilnisdienst onbevredigend
functionneerde en in de stad vele clandestiene stortplaat
sen ontstonden. In de dagbladen werd daarom bekend gemaakt,
dat het huisvuil, voor zover het niet werd opgehaald, in
gaten, bij voorkeur op achterterrein gegraven, moest worden
gedeponeerd. Ka de bevrijding en nadat een zestal dagen met
al het verkrijgbare materieel, alleen glas en puin was ge
ruimd, functionneerde de huisvuilnisdienst wederom met in
gang van 6 Kovember, aanvankelijk alleen in het centrum.
Met ingang van 18 Maart 1946 werd in de gehele gemeente
het huisvuil weer tweemaal per Treek opgehaald.
Opgave ingezamelde aardappelschillen en groentenafval s
1941 1319936 kg 1945 1490523 kg
1942 1405528 1946 1146033
1943 2523827 :t 1947 1268605 !t
Pneumatisch ledigen van beerputten
Het aantal geledigde beerputten bedroeg in
1943
1944
1945
1946
1947
7864
5767
4780
5259
Terkplaats automontage
De voorkomende herstellingen werden behoudens geringe
uitzonderingen in eigen werkplaats uitgevoerd.
Tevens waren bij de gemeentelijke reinigings- en ontsmet-
tingsdienst en centrale werkplaats voor motormaterieel in
onderhoud de motoren en het materieel der andere gemeente
lijke takken van dienst met uitzondering van de brandweer.
De centrale inkoop van motorbrandstof en automaterialen
werd eveneens door deze dienst verricht.