61
HOOFDSTUK IV
GEMEENTEPERSONEEL
a0 Ambtenaren en werklieden
Op 7 Maart 1941 besloot de raad aan het gehuwd gemeente
personeel met een bruto-salaris of bruto-loon van
1900,of minder m.i.v. 1 December 1940 een tijdelijke
salaris (loonsverhoging van 6$ toe te kennen, (toelage-ver
ordening 1940).
Het minimum-bedrag van de kindertoeslag werd bij besluit
van de raad dd. 29 Juli 1941 m.i.v. 1 Januari 1941 gesteld
van 60,op 75?Per kind en per jaar.
Bij wijze van tijdelijke toelage werd aan het gemeenteper-
soneel een uitkering ten bedrage van 5$ van het bruto-sala
ris of bruto-loon over het tijdvak van 1 Augustus 1941 "tot
1 Januari 1942 verleend (besluit burgemeester, dd.
27-2-1942). Het bedrag van 1900,bedoeld in de „toela
ge verordening 1940" werd eveneens bij laatstgenoemd be
sluit van de burgemeester verhoogd tot 2000,ingaande
1 Augustus 1941.
In verband met de op 1 Januari 1942 tot stand gekomen
grenswijziging dezer gemeente werden door Breda overgeno
men s 18 ambtenaren, 27 werklieden en 11 politiebeambten.
Van deze ambtenaren waren er 14 afkomstig uit de gemeente
Ginneken c.a. en 4 uit de gemeente Princenhage. Van de
werklieden kwamen er 13 uit Princenhage en 14 uit Ginne
ken, c.a., terwijl er van de politie-beambten 6 uit Ginne
ken c.a., 4 uit Princenhage en 1 uit Teteringen afkomstig
waren.
Op 8 Mei 1942 werd door de burgemeester zulks op grond
van de belangrijke uitbreiding dezer gemeente, een nieuwe
verordening tot regeling van de bezoldiging der ambtenaren
vastgesteld, welke verordening werd geacht in werking te
zijn getreden op 1 Januari 1942 (gemeenteblad no. 953)- De
loonregeling voor de vaste en voorlopig aangestelde werk
lieden (gemeenteblad no. 634) werd wegens het hoger plaat-
I. OVERZICHT RECHTSPOS I T I E