14
Dat de taaie der overheid op het ge "bied van maatschappe
lijke hulp aan hen, die dit behoeven, een geheel ander aan
zien krijgt, dan in het verleden het geval was, "blijkt duide
lijk uit het verslag van de dienst voor maatschappelijk hulp
"betoon» (zie bijlage 9)
Het systeem van geldelijke steun zonder meer aan armen
en minder-bedeelden is vrijwel losgelaten en daarvoor in de
plaats is gekomen het streven der overheid, de hulpbehoe
vende uit zijn positie op te heffen en van hem een volwaar
dig lid der gemeenschap te maken»
Zelfs wordt reeds bijstand verleend in een daarvoor ge-
eigende vorm, om afglijding van sociaal-zwakken naar een
lager niveau te voorkomen»
Men is dan ook niet meer tevreden met het uitreiken
van een zeker bedrag in geld aan een loket, doch tracht
meer en meer de hulpbehoevenden in hun eigen milieu gade
te slaan en met raad te helpen
Aangezien met betrekking tot de practische uitvoering
van dit streven verschillende wegen kunnen worden bey/an-
deld, wordt de situatie te Breda nauwlettend geobserveerd
en wordt met belangstelling kennis genomen van de ervarin
gen elders» Speciaal de vraag of een groter deel der maat
schappelijke zorg door de overheid aan kerkelijke en particu
liere organisaties zal kunnen Y/orden overgedragen is nog
niet tot oplossing gebracht»
In 1948 bleek dat in vele gevallen financiële hulp no
dig Y/as. Meerdere oorzaken, zoals het verdwijnen van over
tollig geld uit de circulatie, het nagenoeg ophouden van
de zwarte handel en het duurder worden van belangrijke ge
bruiksgoederen, maakten, dat velen zich zonder steun niet
meer konden handhaven»
Het was vooral de taak van de Volkscredietbank (zie ver
slag bijlage 14) deze mensen door het verstrekken van een
consumptief of productief crediet op de been te houden of
Y/eer op de been te helpen. De spanning tussen lonen en de
prijzen beïnvloedde het aantal ere diet nemers zeer.
Het terugvorderen der geleende bedragen leverde over
het algemeen geen belangrijke moeilijkheden op, al was voort
durende aandrang ter zake zeer nodig»
Het mag geen verwondering wekken, dat in deze sfeer van
groeiende behoeften tegenover mindere betalingscapaciteit