201
Bij doorlichting werden geen bijzonderheden gevonden*
KEURING VOOR SCHOOLZWEMMEN
Hiertoe werden 1533 kinderen onderzocht, waarvan 34 tij
delijk en 14 definitief werden afgekeurd. Behalve de veraf
gelegen scholen nemen nu de meeste scholen aan het school
zwemmen deel. Hoewel vrij ver afgelegen doet de meisjes
school aan de Driesprong wel mee, de jongensschool echter
niet. Verder doen niet mee drie in of nabij het centrum ge
legen jongensscholen (door broeders geleid) en 3 meisjes
scholen. Twee broederscholen doen wel mee.
Als argument tegen het schoolzwemmen werd op één school
het feit genoemd, dat het aantal leerlingen van de 6e klas
te groot was, zodat een deel der 6e klas met een deel der
5e klas een aparte klas vormde. Het kan toch geen bezwaar
zijn om deze afzonderlijk zittende 6e klassers ook mee te
laten gaan. Men kan zelfs overwegen om de hele 5e klas te
laten meedoen, zoals op enkele scholen al gebeurt.
SCHOOL MELKVOORZ I EN I NG
In de na-oorlogse jaren nam het aantal schoolmelk drin
kende kinderen gestadig af, zodat op het einde van 1949
nog slechts 11 scholen, waarvan 600 kinderen schoolmelk
dronken, meededen. Bij nadere beschouwing dezer gegevens
bleek, dat enerzijds veel kinderen, waarvoor het melkdrin-
ken tussen de maaltijden als ongewenst moet worden beschouwd,
en wel de slechte eters, wel meededen, terwijl anderzijds
kinderen, die veel meer nodig hadden niet deelnamen. Daar
om werd op het einde van 1949 besloten om de schoolmelkvoor-
ziening stop te zetten.
CURSUSSEN VOOR BIJZONDERE SCHOOLGYMNAST I EK
De cursussen voor bijzondere schoolgymnastiek vonden in
Breda geregeld voortgang, terwijl in September 1949 in Gin-
neken een cursus voor jongens begon, op 1 Januari 1950 ëe~
volgd door één voor meisjes. De nieuwe cursussen in Breda
