175 Bijlage nr IT VERKORT VERSLAG VAN DE GEMEENTELIJKE C RED I ET- EN V O ORSCHOT B A NK TE BRE D A_ O VER DE JA R EJN_ J_95 O- I 95 I - I952 Zie voor overzicht personeelsformatie "bladzijde 44 van het gemeenteverslag» De bank heeft 'meer in het bijzonder tot taak om te voor zien in de maatschappelijk verantwoorde volkscredietbehoef- ten op uit sociaal en zakelijk oogpunt, juiste wijze» Mede stelt zij zich daarbij ten doel, zo nodig en wanneer dit mo gelijk is, het geldelijk evenwicht van de crediet-aanvragers te herstellen, of hun financiële positie te saneren. Zij verleent bemiddeling bij de afbetaling van schulden en belast zich met de inning en uitbetaling aan rechthebbenden in wekelijkse of langere termijnen van gagements- of pensioens termijnen. De aan de leners in rekening gebrachte rente bedroeg 4/° van het uitstaande bedrag. Voor door de bank in rekening-courant opgenomen gelden moest 5§$ worden betaald. De duur der credieten is zeer verschillend en houdt nauw verband met de omstandigheden. De tijd varieert tussen een half jaar en maximum twee ja ren. Door verhoging van de credieten werden langere termijnen overeengekomen dan voorheen, mede omdat de lonen geen hoge re aflossingsbedragen toelaten. Verlaging van de aangevraag de bedragen was niet altijd mogelijk. Voortdurend wordt er rekening mede gehouden dat de loop tijd van de credieten niet langer is dan de levensduur van de aan te schaffen goederen. Het risicofonds gevormd uit een van de leners geheven risicopremie bedroeg aan het einde van deze verslagperiode 56612,90, die geheel is belegd bij de gemeentelijke lenings- dienst tegen een rente van 4's jaars. In deze verslagpe riode vond geen afschrijving plaats. In deze verslagperiode kwamen de debiteuren hun verplich tingen in het algemeen behoorlijk na. Inhouding op loon moest verschillende malen worden toe gepast, terwijl eveneens borgen moesten worden aangesproken, waarna over het algemeen de debiteur weer tot betalen te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1950 | | pagina 175