37 HOOFDSTUK IV GEMEENTEPERSONEEL I. SALARISSEN EN LONEN Bij besluit van de raad van 12 April 1950 kwam tot stand de reeds in 1949 voorbereide (technische) herziening van de salaris- en loonregelingen s de bezoldigingsregeling ambte naren 1948 en de bezoldigingsregeling werklieden 1948 - Omdat de bezoldigingsregeling ambtenaren op een aantal punten afweek van het systeem van de vroegere salarisveror dening» was een afzonderlijke inpassing van de ambtenaren in de nieuwe salarisregeling nodig. Bij het vooroverleg» ter griffie en ten departemente ge voerd, over genoemde bezoldigingsregelingen werd geen over eenstemming bereikt ten aanzien van de bezoldigingsnormen van enkele bepaalde gemeentelijke functionarissen. In de loop van 1951 en 1952 kon echter tot een definitieve regeling» c.q. herziening worden besloten ten aanzien van dg salaris sen van de schoolartsen» de directeuren van het openbaar slachthuis» van het vervoerbedrijf, van beplantingen, van de dienst voor sociale zaken en van het woningnoodbureau» en van de administrateurs van het vervoerbedrijf en het grond bedrijf. Aansluitende aan de algemene stijging van het loonpeil, werden de in genoemde bezoldigingsregelingen opgenomen sala ris- en loonnormen verhoogd met 5i°i ingang van 1 Januari 1950 en 1 September 1950 (te samen met 105$ ingaande 1 Ja nuari 1951) en nogmaals met jfo, echter met een maximum van 200,per jaar» met ingang van 16/19 Maart 1951» Bij afzonderlijke besluiten werd vastgesteld en gewijzigd de bezoldigingsregeling voor het beroepsbrandweerpersoneel. De bepalingen ten aanzien van de kindertoelage» opgenomen in de bezoldigingsregelingen 194® werden herzien bij raadsbe sluit van 12 April 195O. De indeling van de werklieden in loonklassen werd enige malen gewijzigd, waarvan de belangrijkste de opname van de rang van eerste vakman in de zesde loonklasse, waardoor een betere beloning van de vaklieden kon worden verkregen. De lonen van de losse en jeugdige werklieden en van de jongste bedienden, welke door burgemeester en wethouders worden vastgesteld» werden in de loop van de verslagperiode

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1950 | | pagina 37