75
het besluit tot onteigening van het bedoelde terrein en de
Kroon keurde dit 27 Februari 1952 goed. Op 16 December 1952
werd voorts besloten' tot het voeren van een rechtsgeding
om deze grond in handen te krijgen.
Het raadsbesluit van 20 Juli 1949 tot vaststelling van
een partieel plan van uitbreiding in onderdelen "20 midden
standswoningen Flierstraat" werd goedgekeurd door gedepu
teerde staten op 11 Januari 1950onder no. G» 18816 P.
Evenals (onder no. G 18818 P) het besluit van 20 Juli 1949
betreffende het plan "Tehuis voor ouden van dagen Flier
straat"
Goedgekeurd werd (bij besluit van 24 Mei 1950s G. no.
28116 H) het besluit tot herziening van het. partieel uit
breidingsplan "Heuvelstraat e.o." nodig voor de bouw van
een huishoudschool aan de Heemskerkstraat.
Gedeputeerde staten hechtten op 19 April 1950 (no. G.
26999 H) hun goedkeuring aan het besluit van de raad dd.
16 November 1949 tot vaststelling van een nieuw uitbreidings
plan in onderdelen "Van Gaverenlaan e.o.".
De goedkeuring op het raadsbesluit van 19 Januari 1950
tot partiële wijziging van het nog geldende gedeelte uitbrei
dingsplan Ginneken en Bavel (gedeelte parochiecentrum Ploeg-
straat) werd op 6 September 1950 verdaagd.
Bij besluit van de raad 12 December 1946 werd vastgesteld
een herverkavelingsplan voor enige percelen aan de Mr Dr
Frederiksstraat.Een gedeelte grond werd toegewezen aan het
bestuur van de Julianaschool om daarop een nieuw schoolge
bouw te stichten. Op 11 October 1951 verving de raad het
eerstgenoemde besluit door een nieuw, dat op 1-6 Januari
1952, G. no. 25227 werd goedgekeurd door gedeputeerde sta
ten.
Op 12 April 1950 besloot de raad vast te stellen een
nieuw partieel uitbreidingsplan in onderdelen "Montensbós"
met daarbij behorende bebouwingsvoorschriften. Dit besluit
werd 9 Augustus 1950 G. n0* 36095 H door gedeputeerde sta
ten goedgekeurd. Haar aanleiding van ingezonden beroep
schriften werd bij koninklijk besluit aan artikel 10 der be
bouwingsvoorschriften goedkeuring onthouden. Om de gronden
in eigendom te verwerven besloot de raad 15 December 1950
en 19 Februari 1951 een onteigeningsprocedure te beginnen
waaraan de Kroon op 13 Juni 1951 goedkeuring verleende.
