85 Daarnaast werd het feit, dat de vérgaande vervuiling van het haven-water deze omgeving zeer ernstig schaadt, een fac tor genoemd, welke mede de "beslissing ter zake van al of niet dempen in positieve zin beïnvloedde. Allengs werd echter var. meerdere zijden getwijfeld of dem ping wel de juiste oplossi g zou brengen. Enerzijds steunde deze twijfel op do gedachte, dat de plannen voor de op de doo ;.braakweg aansluitende rijkswegen zich in een stadium van revisie bevonden, anderzijde werd de mogelijkheid aanwezig ge- tcht, de vat erve rvui ling door andere maatregelen (omlcggin,, rioleringen, enz.) op be heffen. In het centrum der belangstelling kwam deze kwestie te staan, toen een aantal ingezetenen zich hierover in eon re quest tot de gemeenteraad wendde. Op IA Juni 1950 werd deze zaak, door velerlei berekeningen, adviezen en rapporten voorbereid, in de raadszitting uitvoerig behandeld, waarhij een en ander ook uit een oogpunt van stadsschoon en van piëteit voor het historisch gegroeide werd bezien. Met 18 tegen 17 stemmen sprak de raad zich toen uit vóór demping van de haven. Echter, gedeputeerde staten maakten bezwaar tegen het besluit en verzochten de raad, het weder in te trekken. De'raad besloot, wederom na ampel beraad, op 15 December 1950 aan ó.it verzoek geen gevolg te geven. Gedeputeerde staten weigerden desniettemin hun goedkeu ring en ook een beroep op de Kroon werd bij koninklijk besluit van 28 Augustus 1951, no. 12, ongegrond verklaard. Aangezien de toestand der haven echter dringend verbete ring eiste, stelden burgemeester en wethouders zich op het standpunt, dat ongeacht al of niet dempen, wijzigingen in het rioleringssysteem nodig zouden zijn. Op hun voorstel verleen de de raad op 29 October 1952 een crediet van 430000, (op 11 Maart 1953 verhoogd tot 57'SOOO,voor deze ver beteringen, welke ondermeer omvatten a. de bouw van een gemaal op de Markendaalseweg; riolering van de oostelijke Havenkade; b. een afvoerleiding door Prinsenkade en Nieuwe Prinsenkade o. bijkomende kleinere werken. Uiteraard kwamen deze tamelijk omvangrijke projecten tij dens de verslagperiode niet meer tot uitvoering.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1950 | | pagina 85