125 didactiek betreffen, kan worden medegedeeld, dat het meren deel van de leraren reeds een week lang een cursus op de Hondsberg te Oisterwijk heeft gevolgd. De resultaten van deze cursussen en als gevolg daarvan de wekelijkse vergaderingen van de diverse groepen beantwoorden uiteindelijk niet aan de verwachtingen, welke men er aanvankelijk van koesterde. Door het ministerie van onderwijs, kunsten en wetenschappen werden in 1955 plotseling de gelden voor het psychotechnisch onderzoek afgevoerd. Hoewel aan het psychotechnisch onderzoek een niet al te absolute waarde moet worden toegekend, meent de commissie deze beslissing toch te moeten betreuren. Op 10 mei 1954 werd een bijeenkomst gehouden met de hoofden van scholen uit het gehele rayon waaruit de leerlingen worden betrokken. Ruim 60 hoofden van de scholen hadden aan de uit nodiging gevolg gegeven. Aanwezig waren de edelachtbare heer DrsG.C. Stubenrouch, wethouder van onderwijs en de weledelge strenge heer Mr. C.C.J.M. Merkelbach van Enkhuizen, inspecteur van het lager onderwijs en lid van de commissie van toezicht op het N.O.. Doel van deze bijeenkomst was de beide onderwijs- typen nauwer met elkaar in contact te brengen, vooral in ver band met de beroepskeuzeproblemen waarvoor de hoofden van scholen zich vaak geplaatst zien. De directeur der school hield een inleiding over het nijver heidsonderwijs in het algemeen en stond, in verband met het geven van beroepskeuze-adviezen door de hoofden van lagere scholen, uitvoerig stil bij de speciale karaktereigenschappen van de meest voorkomende beroepen welke op de lagere techni sche school worden onderwezen. Ook het buitengewoon nijverheidsonderwijs, waarvoor in de gemeente-ambachtsschool een speciale afdeling is opgericht, werd uitvoerig belicht. In verband met de saneringsplannen in 1954 van het lager technisch onderwijs in de gemeente Breda werd een bespreking gehouden met Ir. M. Goote, inspecteur-generaal van het H.O., het college van burgemeester en wethouders, de inspecteur van het nijverheidsonderwijs Ir. W. Bloem, enige autoriteiten van het ministerie van onderwijs, kunsten en wetenschappen en de directeur De resultaten van deze besprekingen waren wel zeer gunstig te noemen. Vooral de toezegging dat deze sanering op basis van een 3-jarige cursus kan geschieden, kan van vérstrekkende betekenis worden genoemd.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1953 | | pagina 125