220
maand gedurende welke de lening uitstaat, voor kredieten
tot 800,--;
0,4-5 per 100,-- van het nominale bedrag voor iedere
maand gedurende welke de lening uitstaat, voor kredieten
vanaf 800,en hoger;
b. voor leningen met wekelijkse aflossingen
0,125 per 100,-- van het nominale bedrag voor iedere
week gedurende welke de lening uitstaat.
De looptijd der kredieten is zeer verschillend en houdt
nauw verband met de omstandigheden en de aard der besteding.
De tijd varieert tussen een half jaar en maximum twee ja
ren.
Door de stijging van prijzen werden de kredieten hoger, ter
wijl de lonen slechts weinig hogere aflossingsbedragen toelie
ten.
Er werd echter voortdurend rekening mede gehouden, dat de
looptijd van de kredieten de levensduur van de aan te schaffen
goederen niet overtreft.
Het risicofondsgevormd uit een van de kredietnemers ge
heven risicopremie,bedroeg aan het einde van deze verslag
periode 50129,63. Dit fonds is geheel belegd bij de gemeen
telijke leningsdienst tegen een rente van 3$ 's jaars.
Hoewel in deze verslagperiode de debiteuren over het alge
meen hun verplichtingen behoorlijk nakwamen, moest toch ver
schillende malen inhouding op loon worden toegepast. In enke
le gevallen moest invordering plaatsvinden door het aanspre
ken van een borg of door inhouding van de kinderbijslag.
De in de voorafgaande periode ontstane achterstand werd
gedeeltelijk ingelopen. Het is echter niet mogelijk geheel aan
achterstand te ontkomen. Zodra er omstandigheden zijn, die een
nadelige invloed hebben op het loon, komt de aflossing in het
gedrang. Wanneer bijv. uitkeringen worden genoten ingevolge de
ziektewet, de ongevallenwet, de werkloosheidswet, bij vorst
verlet enz. ontstaat spoedig achterstand, omdat dan niet al
leen de lonen beneden het normale blijven, maar ook omdat de
uitkeringen gewoonlijk geruime tijd op zich laten wachten.
Bepaalde huiselijke omstandigheden kunnen eveneens van in
vloed zijn op de betalingen. Eenmaal ontstane achterstand
wordt slechts zelden ingehaald.
Haast de achterstand ontstond ook een voorsprong,doch de
eerste overtrof laatstgenoemde. De aflossing heeft hoofdzakelijk