230
transport
2. staan, zonder dat de eontrolemaand
bekend is een aantal "particuliere
patiënten"
3. aantal kinderen, waarvan bekend is,
dat zij onder speciale behandeling
s taan
4. aantal kinderen, wier gebit niet s a-
neerbaar is
5. aantal kinderen, waarvan bekend is,
dat zij tot nu toe niet onder contro
le van een tandarts staan
6. aantal kinderen, voor wie geen mede
werking aan het systeem werd gegeven
(44) en overigen (34)
7. aantal kinderen, door wier ouders
niet werd gereageerd
aantal
9495
906
98
15
792
78
4666
16050
in
59,2
5 6
0,6
0,1
4,9
0,5
29, 1
100
Uit vorenstaande moge blijken, dat het van de sub 1
t/m 4 vermelde aantal kinderen bekend is, dat zij onder re
gelmatige controle van een tandarts staan c q.geen behan
deling nodig hebben (in totaal 65,5%).
Van de sub 5 t/m 7 vermelde aantallen kinderen (34,5%)
is het regelmatig tandartsenbezoek niet bekend, dit neemt
echter niet weg, dat een groot aantal van deze kinderen
toch regelmatig de tandarts kan bezoeken (bv. particuliere
pati ënten
De sub 1 vermelde kinderen worden 2 maal per jaar - en
wel in de maand waarop zij voor controle naar hun tandarts
moeten - door de directeur van de G.G. en G.D, aan dit
tandartsenbezoek herinnerd.
De kinderen nemen deze herinneringskaarten mee naar hun
tandarts, welke laatste op deze kaart een "maand van vol
gende controle" vermeldt en de kaart aan de directeur van
de G.G. en G.D. retourneert.
Gedurende het tijdvak oktober 1960 t/m juni 19S1 werd
gemiddeld circa 54% van de maandelijks verzonden kaarten
op de G.G. en G.D, terugontvangen. Het zou niet juist zijn
hieruit de conclusie te trekken, dat slechts 54% van de