--51-
5.Vervolgens stelt de Voorzitter aan de
orde een bespreking over de plannen
van het Kerkbestuur omtrent vernieu
wing c.q. herstel van de Kerk.
Het lid LOTSTRA merkt op dat het voor de on
derlinge samenwerking tussen gemeenten wel
bevorderlijk zou zijn als er eeh gemeenschap
pelijke ambtenaar zou kunnen komen.
DE VOORZITTER repliceert dat de heer van
der Weyde hier thans geen dag kan worden ge
mist en dat intercommunale samenwerking dan
zou betekenen een extra-kracht voor Teteringen
wat uiteindelijk slechts meer kan kosten.
Het lid AARTS merkt op dat verdeeldheid al*
leen maar halve kracht betekent en dat uit
eindelijk de beste krachten het goedkoopste
zijn.
Wethouder VAN ROSMEULEN geeft te kennen
dat de heer van der Weyde nu alles nog niet
aan kan, dat er in feite nu al 1 n man tekort
js,zodat het niet verstandig zou zijn hem
bovendien nog te belasten met Teteringen.
Het lid LOTSTRA informeert nog of dit voor
stel te verwezenlijken is tegenover de heer
van Warmerdam, ambtenaar Bouwtoezicht.
De VOORZITTER verklaart,dat deze beide
functionarissen los van elkaar werken, doch
dat het in de bedoeling ligt ook de bouwac
tiviteit in handen te leggen,in de toekomst
althans, van een hoofdpersoon, het hoofd van
gemeentewerken.
Wethouder VAN DER WESTEN licht toe, dat de
samenwerking tussen een vakman op het gebied
van weg- en waterbouwkunde en een vakman
voor woningbouw steeds de moeilijkheid zal
brengen, dat een van beiden tot hoofd zal
worden benoemd en dus op een bepaald terrein
afhankelijk is van het advies van zijn onder
geschikte
Het lid LOTSTRA vraagt hoe het Terheijden
is gelukt zich af te scheiden van Bouwtoe
zicht West-Brabant.
DE VOORZITTER moet bekennen dat deze stap
voor Terheijden een fiasco is geworden. Na
uittredingen van Raamsdonk en later van de
gemeente Made,Geertruidenberg en 's Gravenmoer
hebben deze laatste drie gemeenten toch weer
de koppen bij elkaar gestoken en de benoeming
van een gemeenschappelijke ambtenaar in over
weging genomen,waarbij misschien ook Terheij
den zich kan aansluiten.
Tot slot verklaart de Raad zich accoord
met het voorstel tot invoeging van de rang
hoofd gemeentewerken.
Hij verklaart door de Zeereerwaarde Heer
Pastoor te zijn gemachtigd de nodige inlich
tingen aan de leden van de Raad te geven.De
feiten memorerend stelt de Voorzitter vast,
dat volgens de heer Pastoor het restauratie
plan ad f.400.000,te duur was, doch dat
deze uitspraak volgens de Voorzitter niet be
rust op een objectief technisch rapport,zoals
was afgesproken. Het is de Voorzitter bekend,
dat de Bisschoppelijke Commissie bij het laat
ste plan de opdracht had alleen het plan te