-185-
Vaststelling werkelijke
uitgaven en vergoeding
ex art.101 L.O.wet 1920
over 194^.
Medewerking ex art.72
L.O.wet 1920) Jongens
school.
ning tot bepaling van het vermenigvuldi-
gingscijfer voor de ondernemingsbelasting
op 2,4 (Bijlage no.113).
Overeenkomstig het voorstel van Burgemeest
ter en Wethouders worden de over 1948
door de Schoolbesturen gedane werkelijke
uitgaven en aan die besturen uitgekeerde
vergoedingen ex art.101 der L.O.wet 1920
zonder hoofdelijke stemming vastgesteld
als volgt:
Jongensschool: werkelijke uitgaven
f. 6076,75
vergoeding f. 4309,98
Meisjesschool: werkelijke uitgaven
f. 52o7,25
vergoeding: f. 4519,81
(Bijlagen nos.114 en 115).
Verzoek van het Bestuur der bijzondere
lagere Jongensschool om medewerking ex
art.72 der L.O.wet 1920 door beschikbaar
stelling van gelden voor de betegeling
en afrastering der speelplaats, de aanleg
van waterkraantjes en de aanschaffing
van een schoolbord.
De VOORZITTER wijst in dit verband op het
door Burgemeester en Wethouders tot het
betrokken Schoolbestuur gericht schrijven
dd. 16 Juni 1949, no.1050 met de inhoud
waarvan de raad zich volkomen kan vere
nigen.
Bovendien zegt de VOORZITTER dat het in
de bedoeling ligt de voorkomende werk
zaamheden in de toekomst in eigen beheer
uit te doen voeren.
Op een vraag van het lid AARTS of de
medewerking wordt verzocht ten behoeve
van het lager- of van het huishoudonder-
wijs, deelt de VOORZITTER mede, dat het
Schoolbestuur het kantoor der School zelf
heeft gefinancierd, hetgeen als een finan
cieel voordeel voor de gemeente moet
worden gezien.
Bij het lid AARTS rijst de vraag om welke
reden em een schoolkantoor moest komen.
Het lid HURKS hierop antwoordende, licht
toe, dat er steeds naar is gestreefd in
Beek N.B, een landbouwhuishoudcursus
te krijgen. Dit streven stuitte echter
steeds af op het gemis van een geschikt
lokaal. Het Schoolbestuur is tenslotte
bereid gevonden daartoe een der lokalen
van de jongensschool af te staan, zolang
de wederinvoering van het 8e.leerjaar
niet verplichtend wordt gesteld. Als
gevolg van het prijsgeven van dit lokaal,
moest een afzonderlijk kantoor worden
ingericht.
Het lid AARTS noemt dit een prachtoplos-
sing doch merkt op dat de gemeente aldus