-31-
dat het weinig zin heeft van de vorderings-
i.iogelijkheid gebruik te maken.
De raad is zelf net competent orgaan tot het
wederinstellen van een adviescommissie, om
deze reden hadden betrokkenen beter een nota
tot de raad kunnen richten tot herstel van
een gemaakte fout.
Het lid BAREMAhS zegt hierop dat de Voorzittel
op Dinsdag na Kerstmis heeft toegezegd
personen te gaan bezoeken ter vorming van een
nieuwe adviescommissie, omdat zonder deze
commissie de toestand hopeloos zou worden.
Intussen is er niets gebeurd.
De VOORZITTER betwijfelt deze bewering, aan
gezien hij daardoor toch lijnrecht in strijd
gehandeld zou hebben met het door de raad
in zijn vergadering van 24 December 1949
genomen besluit.
Het lid Romme verschijnt om 18.55 uur ter
vergadering.
Het lid. HURKS zegt dat de Voorzitter hem
heeft gezegd. "Doe wat je kunt om een com
missie bij elkaar te krijgen" mede in ver
band met het geval Geerts.
De VOORZITTER: hu dhr.Hurks het geval Geerts
ter sprake brengt moet spieker opmerken, dat
dhr.Hurks wel met de mond Geerts altijd
heeft willen helpen maar dat de feiten anders
liggen. Toen n.l. Burgemeester en Wethouders
aan Geerts een woonruimte op de Markt toe
wezen, was dhr.Hurks de eerste die eigenares
se en haar candidaat bijstond en voor haar
het verweer op schrift stelde, terwijl de
betrokken candidaat zelfs niet op de lijst
van woningzoekenden voorkwam. Spreker zegt
tot de conclusie gekomen te zijn dat Hurks
een zeer zwaar dubbel^ gezicht heeft.
Het lid HURKS antwoordt hierop dat de Voor
zitter heeft gesproken over een slappe
K.V.P. fractie.
De VOORZITTER merkt op gezegd te hebben dat
bij het betreurde de K.V.P. fractie destijds
niet meewerkte aan de vorming van een advies-
comrn ssie. Dit is echter niets bijzonders,
daar hij in de betrokken vergadering re ds
het besluit niet waardevol achtte en dit na
dien aan de wethouders oom meermalen te ver-sta
staan heeft gegeven.
Het lid. B A REM Ah S memoreert dat er op Dinsdag
na Kerstmis inderdaad een bijeenkomst heeft
plaats gehad.
De VOORZITTER: om in geval de ontheffing
niet verleend zou worden toch een commissie
te hebben.
Het lid HURKS: U moet ons niet beschuldigen.
Er wordt niets gedaan ten opziehte de 15
voor samenwoning in aanmerking komende aan
geschrevenen.
De VOORZITTER wijst het lid Hurks op zijn
tweeslachtige politiek, in het geval Klijs
traid Hurks als advocaat op, hetgeen haast als