-55-
Rhee en van den Berg dit juiste "bedrag als in-
schrijfdom opgaf, terwijl toch door het aanbren
gen van 12 inplaats van 6 bezuinigingen de prijs
belangrijk lager had kunnen zijn.
Ter voorkoming van moeilijkheden zou er# bij een
klein prijsverschil de voorkeur aangegeven zijn
slechts één aannemer voor beide werken te hebben.
Boor toevallige omstandigheden kon met G.Smits,
aannemer, alhier vertrouwelijk contact worden
opgenomen. Beze aannemer bleek terstond bereid
te zijn het werk voor de som van f.42362,uit
te voeren; met inbegrip van de door de firma
Rhee en van den Berg te maken kelder voor de
centrale verwarming ad f.8600,zou de totaal
prijs f.50962,bedragen.
Waar aannemer^ Smits bij zijn prijsopgaaf inplaats
van pet 12, met slechts 6 bezuinigingen rekening
heeft gehouden, kan hier van een voordeel van
f.5000,sprake zijn.
Het gemeentebestuur heeft de uitvoering van het
werk -behoudens het door de raad te verstrekken
crediet- namens het schoolbestuur aan Smits voor
noemd gegund.
Spreker meent dat het gemeentebestuur hiermede
niet anders dan in het belang en geldelijk voor
deel van de gemeente heeft gehandeld.
Spreker protesteert met kracht tegen de in het
schrijven gerichte insinuaties.
Allereerst weerlegt hij dat aan J.Boot geen prijs
opgaaf werd gevraagd. Evenmin was aan Smits en
Boot vooraf enige prijs bekend, terwijl tenslotte
vooraf niet was bepaald dat het werk aan Smits
en Boot zou worden opgedragen.
Spreker noemt dit aantasting van prestige en
vraagt zich af hoe de beide wethouders hierover
denken.
Be ondertekenaar P.Schipperen heeft hem verklaard
dat het request door de heer Larey, secretaris
van de Bond van bouwpatroons zou zijn ongesteld.
Baai-naar geinformeerd, verklaarde Larey" aanvanke
lijk niets met het geval te maken te hebben,
doch later verklaarde hij: "Och, wat doet het er
ook toe".
Schipperen verklaarde verder in gezelschap van
Schuijbroek bij Larey te zijn geweest.
Verder verklaarde Schipperen de inhoud van het
request nisfc te kennen; en daarmede niet de bedoe
ling gehad te hebben het gemeentebestuur te kwet
sen.
Spreker ziet hierin een uitvechting van de kwestie
Schipperen-Boot over het hoofd van het gemeente
bestuur.
Spreker heeft de ondertekenaars in de gelegenheid
gesteld het request in te treldcen en daartoe zelfs
een ontwerp—schrijven opgesteld en hen gewaar
schuwd dat bij niet tijdige intrekking openbaar
making in de raadsvergadering en dientengevolge
mede in de pers zou volgen.
Van het request is door adressanten afschrift
gezonden aan Gedeputeerde Staten.
Spreker protesteert nogmaals met klem tegen de