-137-
waarop de secretaris opmerkt dat deze mogelijk
heid uitgesloten moet worden geacht, aangezien
de overgelegde bewijsstukken steeds grondig en
nauwkeurig worden gecontroleerd.
De VOORZITTER merkt nog op dat de Inspecteur van
het Lager Onderwijs alles klakkeloos aanneemt,
en hem geen geval bekend is, dat critiek op
aanvragen van Schoolbesturen werd geleverd.
Nadat het lid VAN ROSMEULEN nog heeft opgemerkt
dat toch ook de uitbreiding der Meisjesschool
zonder toezicht van een afzonderlijk opzichter
tot stand kwam, brengt de Voorzitter het voorstel
van Burgemeester en Wethouders tot het verlenen
van de gevraagde medewerking in stemming. Dit
voorstel wordt met 7 tegen 3 stemmen verworpen,
zodat op de aanvrage afwijzend wordt beschikt.
(Bijlage nr.171)
Vóór stemmen de leden: Biemans, Bastiaansen en
van Baal. Tegen stemmen de leden: Huijben, van
Rosmeulen, Hurks, Weterings, Aarts, Romme en
Dikmans
4. Bouw 6 woningwet- De Voorzitter deelt mede dat plotseling voldoende
woningendekkingsmiddelen aanwezig zijn ter financiering
van de bouw van zes woningwetwoningen.
Blijkens met Gedeputeerde Staten gevoerde corres
pondentie bedraagt het restant der oude tekorten
van de gewone dienst t/m het jaar 1947 f«43062,64.
en dat op dit bedrag in mindefcing mogen worden
gebracht de netto batige sljddi van de gewone
dienst over 1948 t/m 1950, welke resp. bedragen
f.5135,94, f.6618,63 en f.61638,39, totaal
f«73352,96; bovendien kan thans reeds beschikt
worden over het vermoedelijk batig saldo van de
dienst 1951, tot een bedrag van f.31077,wegens
na-uitkering ondernemingsbelasting.
Uiteindelijk is derhalve beschikbaar f.73392,96
f.31077,- f.104469,96 min f.43062,64
f.61407,32.
Burgemeester en Wethouders stellen dan ook voor
dit bedrag- voor de bouw van 6 woningen te benutten.
De raad juicht dit voorstel van harte toe en be
sluit zonder hoofdelijke stemming in principe
tot de bouw van 6 woningwetwoningen aan de Oost
zijde van de St.Gertrudislaan, zulks om op de
hoek St.Gertrudislaan - Rapelstraat voor parti
culieren de gelegenheid open te laten tot het
eventueel bouv/en van een zakenpand. (Bijlage no. 172)
Op de vraag van het lid HURKS of de gemeente ten
gevolge van de beschikking over de reserve in de
toekomst niet in financiële moeilijkheden kan ko
men, deelt de VOORZITTER mede, dat de handelwijze
inderdaad als een oneconomische politiek moet
worden beschouwd.
Het Rijk dwingt de gemeenten echter om beschikbare
gelden voor woningbouw te besteden. Ook aangaande
de gedwongen scholenbouw zal het Rijk straks de
financiële consequenties hebben te dragen.
Naast de woningbouw zou het lid VAN ROSMEULEN de
beschikbare gelden ook besteed willen zien voor
wegenverbetering.
Uit de voorkeurgelden der Nationale Woningbouw-