-114-
men aanvankelijk daartegenover afwijzend stond,
omdat de aangelegenheid een Rijkstaak is, kwam
men ten slotte tot de overtuiging bij wijze van
aanmoediging, voor kleinere gemeenten een eenma
lige subsidie voor te stellen van f.100,
Het lid AARTS zegt dat, niettegenstaande het Rijk
in gebreke blijft, de slachtoffers toch geholpen
dienen te worden.
De VOORZITTER voegt hieraan toe, dat de destijds
uitgeweken Regering zich thans achter de bevol
king schuilt.
Op voorstel van het lid DIKMANS wordt vervolgens
met algemene stemmen besloten een eenmalige
subsidie van f.100,toe te kennen.
3. Vergoeding ex Bij de behandeling van het onderhavige voorstel
art.101 der L.O. merkt het lid AARTS op, dat de werkelijke uit-
wet 1920 over gaven het bedrag der toegestande vergoedingen be-
1954. langrijk overschrijden. Spreker vraagt zich naar
aanleiding hiervan af, of het toegekende bedrag
per leerling wel toereikend is te achten.
De secretaris heeft hierop een toelichting om
trent de verrekening per vijfjarig tijdvak.
De VOORZITTER merkt op dat in een enkel jaar de
kosten van bijzondere voorzieningen, als verf-
werk enz. de vergoedingsbedragen belangrijk kunnen
overtreffen. Deze voorzieningen kunnen echter
over meerdere jaren worden uitgestreken.
Spreker is dan ook van oordeel dat er geen aan
leiding bestaat het bedrag per leerling te ver
hogen.
Conform het voorstel van Burgemeester en Wethou
ders wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming
besloten het bedrag der vergoeding ex art.101
der L.O.wet 1920 over 1954 vast te stellen:
voor de jongensschool op f,12833i33;
voor de meisjesschool op f.12920,
en het bedrag der voor vergoeding in aanmerking
komende kosten resp. op f.14340,17 en f.11158,33
(Bijlagen nos.152 en 153)»
Vervolgens wordt in behandeling genomen een voor
stel van Burgemeester en Wethouders (bijlage no.
154) inzake risico-dekking bij woningbouw-hypo-
theken.
De VOORZITTER geeft hieromtrent een uitvoerige uit
eenzetting en zegt o.a. dat het - gezien de
gestegen bouwprijzen - niet langer meer verant
woord is door of via de garantie der gemeente wo-
ningbouw-hypotheken te verstrekken, zonder dat
een risico-dekking aanwezig is.
Blijkens het voorstel kan deze echter beperkt
blijven tot het onrend.abele gedeelte der woning,
welke op f.15»per M3 is gesteld.
Het gevolg hiervan is dat de verzekering op het
leven van de hypotheeknemer tot dat gedeelte
beperkt kan blijven, zodat slechts een gering
bedrag aan premie verschuldigd zal zijn.
Spreker zegt sociaal-voelend voor de inwoners,
maar ook zakenman voor de gemeente te willen zijn.
Terwijl de gemeenten na de oorlog een redmiddel
voor de hypotheekverstrekking zijn geworden,
4. Risico-dekking
bij woningbouw-
hypotheken.