-14-9-
Het lid VAN DER WESTEN merkt naar aanleiding
hiervan op, dat het bestuur ook verantwoording
heeft tegenover de gemeenschap.
De VOORZITTER zegt dat het bestuur ten aanzien
van het verzorgingshuis zelfstandigheid en dit
gebouw in huurkoop wenst.
Hiermede kan het gehele complex worden geschaad,
b.v. bij de aanwezigheid van een kortzichtig
bestuur. Hier zit een organisatorisch bezwaar aan.
Het lid VAN DER WESTEN vraagt of het bestuur
zich aangaande de samenstelling van het stich
tingsbestuur soms gepaseerd gevoelt.
De VOORZITTER zegt dat het stichtingsbestuur
als een typische exploitatiecommissie moet worden
gezien. Ter bevordering der samenwerking is
daarin ook een bestuurslid van het Wit Gele Kruis
opgenomen, hoewel de raad daartoe niet verplicht
was
Het lid VAN DER WESTEN noemt het opvallend dat
deze aangelegenheid na de samenstelling der com
missie nu plotseling aan de orde komt.
Wethouder VAN ROSMEULEN zegt dat dit zijn aan
leiding vindt in de omstandigheid dat men om
trent het wijkgebouw op de jaarvergadering enkele
mededelingen wenste te doen. Spreker is van me
ning dat het bestuur niet tegen samenwerking is.
Het lid DE VOOGFT, een andere mening toegedaan
zijnde, wijst op de besluiteloosheid in het ver
leden.
Op een vraag van het lid SMITS zegt de VOORZITTER
dat het bestuur nog niet met de begroting en
financiële consequenties op de hoogte was.
Het lid AARTS wijst er op dat het bestuur ver
antwoording verschuldigd is aan de leden.
Naar zijn mening kan hier geen sprake zijn van
wantrouwen, doch van voorzichtigheid en misschien
in te sterke mate. Hun oog is gericht op de
financiële consequenties voor de vereniging.
De VOORZITTER zegt dat de gesprekken met voorzitter
Weterings niet van hatelijkheid ontbloot waren,
ook is hij niet loyaal.
OOk het lid AARTS meent dat een en ander geen ge
volg is van het samengestelde stichtingsbestuur.
Op een vraag van het lid HURKS deelt de VOORZITTER
mede dat het bestuur de oorspronkelijke begroting
ad f.130.000,bekend was.
Hierop werden nadien bezuinigingen aangebracht,
waarmede het bestuur echter niet op de hoogte is.
Op een desbetreffende vraag vin het lid AARTS
zegt de VOORZITTER dat opzettelijk twee bestek
ken werden gemaakt teneinde van de uitkering
uit het praeventiefonds verzekerd te zijn.
Het lid AARTS merkt op dat afzonderlijke bouw
belangrijk duurder zal zijn.
We moeten momenteel afgaan op het gevoelen van
de Voorzitter,
Het nemen van een beslissing zou ons later kunnen
spijten.
De VOORZITTER merkt nog op dat het bestuursbe
sluit hem vooraf bekend was.
