-215-
herinnering zal blijven aan onze oprechte vriend
schap.
Secretaris en Mevrouw Huijb.-echts nogmaals onze
hartelijke gelukwensen.
Namens ons allen bied ik U dan hierbij deze
leeslamp aan in de hoop, dat hierdoor de gezellig
heid van Uw beperkte vrije uren nog mag worden ver
hoogd.
5. Dankwoord De heer HUIJBR CHTS dankt daarna met de volgende
secretaris- woorden
ontvanger. Meneer de Voorzitter, Dames en Heren,
Het doet een mens goed, zo nu en dan eens bij
zijn beste vrienden te vertoeven, zoals dit ook van
daag voor mij het geval is.
Het stemt mij tot grote vreu-gde dat dit aantal
zo bijzonder groot is en dat zich daaronder ook
vele vrienden uit mijn woonplaats bevinden.
Mijn dank gaat dan ook op de eerste plaats uit
naar het Gemeentebestuur voor de aan de aanwezigen
geboden gelegenheid van deze huldigingsvergadering
getuige te mogen zijn.
Meneer de Voorzitter, U dank ik oprecht voor de
tot mij gerichte hartelijke woorden van hulde en
felicitatie. Zij hebben mij diep getroffen. Ik vraag
me echter af, of ik al die hulde en lof wel ver
diend heb. 'Vanneer ik mijn 25jarige ambtsperiode
in gedachten de revue laat passeren, kan ik gelukkig
tot de conclusie komen, dat ik steeds getracht heb
zo goed mogelijk mijn plicht te doen en de gemeente
met mijn krachten te dienen.
Na 14 jaar ter secretarie van Rijsbergen werk
zaam te zijn geweest werd ik in 1932 ter secretarie
van Princenhage benoemd in een tijd toen de wereld
crisis voor de deur stond. Een voor onze tijd wel
zonderling klinkende salaris-verlaging bleef dan ook
niet uit. Tijdens de hierna volgende oorlogsjaren
was ik met de niet altijd gemakkelijke uitvoering
der bezettingsvoorschriften belast. Mede dank het
begrip der Prinsenbeekse bevolking zijn er toen ge
lukkig geen wonden geslagen, noch stukken gevallen.
Bij de annexatie bood mijn voormalig secretaris,
toen burgemeester Sterkens mij de functie van ont
vanger der gemeente Prinsenbeek aan. Het is mij van
daag ook een behoefte mijn aangename samenwerking
met burgemeester Sterkens, wethouder van Haperen en
wijlen wethouder Bastiaansen te memoreren.
Als gevolg der verplichte functie-combinatie
werd ik nu 10 jaar geleden tevens tot gemeente
secretaris benoemd. Door deze functie kwam ik meer
met U, meneer de Voorzitter, in contact.
Ons beider streven was dan ook steeds het ge
meente-belang zoveel mogelijk te bevorderen. Ik mag
hierbij niet verhelen, dat de huidige situatie der
geldmiddelen ons dikwijls veel hoofdbrekens kost.
Mijn dank gaat dan ook bijzonder naar U uit voor de
vriendschap, medewerking en steun die ik voortdurend
van U mocht ondervinden.
De&e dank en waardering gaat niet minder uit
naar de beide wethouders, met wie ik steeds, en voor-