-263-
3.Onderzoek geloofsbrieven
nieuw gekozen raadsleden.
4-, Nota van Burgemeester en
Wethouders inzake werkclas-
sificatie en de prestatiebe-
loning aan de gemeente-arbei-
ders.
5» Voorstel tot toekenning van een
huurcompensatie en duurtetoe-
èlag over het tweede halfjaar
1958 aan het gemeente-oersoneel.
De Voorzitter schorst hierop de vergadering en
verzoekt de commissie van 3 leden, bestaande uit
de heren G.Smits, A.Hurks en J.Aarts bij bijstand
van de secretaris de geloofsbrieven te onderzoeken.
Na de heropening deelt de VOORZITTER van de commis-
sie, het lid Aarts, mede, dat het onderzoek tot
geen enkele opmerking aanleiding heeft gegeven.
De Voorzitter concludeert hieruit, dat de nieuv; ge
kozen leden derhalve tot de Raad kunnen worden toe-
gelat en.
DE VOORZITTER zegt met genoegen kennis genomen te
hebben van het door de hoofdcommies ter secretarie,
de heer Aarts, opgemaakt rapport inzake de werk-
classificatie en de prestatiebeloning aan de gemeen
te-arbeiders. Hij zegt thans gaarne te vernemen,
odï de Raad, na kennisname van dit rapport, een
gewijgigd standpunt heeft ingenomen.
Het lid HURKS stelt voor voorlopig nog een afwach
tende houding aan te nemen.
Het lid VAN DER WESTEN zegt, dat de voorschriften
inzake de werkclassificatie niet overzichtelijkzijn
WSK1SH en dat thans niet met zekerheid kan worden
gezegd, wat het beste is. Het is zijns inziens niet
juist thans een beslissing te nemen, waarvan de strei
king niet bekend is.
Hij stelt daarom voor, dat door burgemeester en wet
houders eerst deskundig advies zou worden ingewonnen
en de resultaten van dit advies in een volgende
vergadering ter sprake te brengen. Direct verband
hiermede, aldus vervolgt het lid VAN DER WESTEN,
houdt het feit, dat deze gemeente 2 ambtenaren
reglementen kent, te weten, dat voor het administra
tief personeel en dat voor de werklieden.
Zou de werkclassificatie in het werkliedenreglement
worden opgenomen,dan valt het administratief perso- j
neel er buiten, en dat kan de bedoeling van de Raad
niet zijn.
DE VOORZITTER replic eerèia hierop, dat de Raad met
het nemen van een besluit tot 1 januari 1959 de
tijd heeft.
Het voorstel van het lid van der Westen wordt zonder
hoofdelijke stemming aangenomen.
Dit voorstel werd zonder hoofdelijke stemming
aangenomen.
I°orstel tot verpachting van het Na een toelichting van DE VOORZITTER, waarin onder-
vdsrecht in de Kuil aan de Baro- meer gesteld wordt,dat aan de verpachting voor geen
niese Hengelaarsvereniging te enkele partij consequenties zijn verbonden, wordt
Breda. aldus besloten.
foorstel tot uitbreiding van
fret aantal ambtenaren van de
frprgerliike stand ter gemeente-
secretarie.
DE VOORZITTER zegt,dat het in verband met de afwe
zigheid van de ambtenaren van de burgerlijke stand
door ziekte,verlofdienstreizen enz.wenselijk wordt
geacht dit aantal uit te breiden. Door burgemeester
en wethouders zijn twee hiervoor in aanmerking komende
ambtenaren aanbevolen, te weten de^tlST.Gelens en
A.A.Th.fa Geerards.
