-288. 13.Voorstel tot aanvaarding van grond om niet in verband met de verharding van de Binnen weg. Het lid. AARTS merkt hierbij op, dat hij, wanneer deze weg in samenwerking met de gemeente Breda wordt verhard, hier ten volle achter staat. Hij zou echter in het aanvaardingsbesluit gaarne opgenomen zien, dat de schenkers vrijgesteld zouden worden van een baatbelasting wegens deze verharding. DE VOORZITTER antwoordt hierop, dat zulks ook in de vergadering van Burgemeester en Wethouders een punt van bespreking heeft uitgemaakt, doch koop, verkoop en schenkingen zijn privaatrechtelijke handelingen en de door het lid Aarts voorgestelde voorwaarde betreft een publiekrechtelijke handeling. Opname van deze bepaling zal dus niet mogelijk zijn. Een uitdrukkelijke opneming in de notulen is echter authentiek en heeft als zodanig bewijskracht. Het lid JANSEN is van mening, dat de betreffende personen dan een uittreksel uit de notulen moet worden gezonden, zodat de toezegging op deze wijze gegarandeerd wordt. Het lid HURKS merkt op, dat vroeger in een raads vergadering besloten is niet meer tot de heffing van een baatbelasting over te gaan. DE VOORZITTER deelt in aansluiting hierop mede, dat, de gemeente Breda reeds tot verharding besloten heel Het initiatief is van deze gemeente uitgegaan, een hele tijd werd niets van Breda gehoord, en thans 1 werd in de krant gelezen, dat het besluit tot ver harding van de Gageldonksestraat genomen was.Deze week is een laconieke brief van de gemeente Breda gekomen, waarin staat, dat de Gageldonksestraat tot een breedte van 3 meter verhard zal worden. Het voorstel van Burgemeester en Wethouders is thans zo vervolgt de Voorzitter, om accuut, desnoods in samenwerking met de gemeente Breda de verhardings werkzaamheden op dezelfde wijze uit te voeren. Het lid JANSEN vindt het jammer, dat slechts tot een breedte van 3 meter verhard wordt, terwijl het toch een hoofdweg wordt. DE VOORZITTER zegt,dat dit weggetje in het ruil verkavelingsplan verdwijnt. Het lid JANSEN vindt de verharding dan wel een verbetering, doch geen uitkomst. Het lid DIKMANS is van mening, dat deze weg in de toekomst een zeer gevaarlijke weg zal worden. Het lid JANSEN vraagt of er een mogelijkheid is, om zonder onteigening enz de weg breder te maken dan 3 meter, welke vraag door de Voorzitter niet beantwoord kan worden. Het gevarenelement, aldus het lid Jansen, speelt op de Prinsenbeekse bevolking, daarom dient a priori getracht te worden het gedeelte van de weg onder onze gemeente iets breder te maken en Breda in overweging te geven zulks ook te doen. Het lid Aarts stemt hiermede in. - Volgens Wethouder van Rosmeulen kan de weg tot een breedte van 4 a 4-1'k meter verhard worden. Tenslotte besluit de Raad, onder voorwaarde, dat gee baatbelasting geheven zal worden en dat getracht zal worden de weg tot een breedte van 4 meter te verharden, tot het voteren van een blanco crediet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1958 | | pagina 288