-529-
Idern tot deelneming in de gemeen
schappelijke regeling "ïïoonwagen-
centrum Breda".
Het lid HURKS vraagt of er met de bestaande
riolering rekening gehouden wordt.
DE VOORZITTER zegt, dat inderdaad met de
bestaande leiding zoveel mogelijk rekening
gehouden zal worden.
Het lid HUIJBEN merkt op, dat de kosten
van het plan niet hoog zijn.
Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna
besloten om het gevraagde crediet te voteren.
DE VOORZITTER geeft een korte toelichting
op de gemeenschappelijke regeling met Breda
en dertien andere gemeenten en hij wijst op de
nadelen verbonden aan een eventuele af?fijzing
van het voorstel.
Het lid DE VOOGHT vindt het plan erg duur
en hij ziet het nut van aansluiting niet, daar
in deze gemeente nooit woonwagens gezien worden
DE VOORZITTER zegt, dat de gemeente in het
vervolg woonwagens zal moeten accepteren, in
dien niet tot aansluiting wordt besloten, want
alleen de aangesloten gemeenten zullen de woon
wagenbewoners kunnen verwijzen naar het cen
trale kamp te Breda.
Het lid JANSEN vraagt of de woonwagenbewoner
ingezetene worden als ze in de gemeente verblij
ven.
DE VOORZITTER zegt, dat dit niet het geval i
Alle woonwagenbewoners zijn ingeschreven in
het Centraal Bevolkingsregister te 's Gravenha-
ge.
Het lid JANSEN vraagt waarom het rijk dan de
kosten voor deze mensen niet betaald.
DE VOORZITTER zegt, dat de gemeenten door
de wet met de zorg voor de woonwagenbewoners
worden belast.
Het lid HURKS vraagt of het in het voorstel
genoemde bedrag van f.0,54 per inwoner bedoeld
is voor eenmaal of dat deze kosten ieder jaar
terugkeren.
DE VOORZITTER antfj-oordt hierop, dat deze
kosten jaarlijks terugkeren.De begroting is
echter ruim opgezet, zodat de werkelijke kosten
vermoedelijk lager zullen liggen.
Eet lid JANSEN vraagt of het teveel betaal
de dan achteraf terugontvangen wordt.
DE VOORZITTER zegt, dat alle kosten door
de gemeente Breda worden voorgeschoten waarna
afrekening met de aangesloten gemeenten volgt
als de definitieve kosten bekend zijn.
Het lid JANSEN vindt, dat het plan te ruim
is opgezet en zijn doel voorbijschiet. Hij is
niet tegen de aansluiting bij de gemeenschap
pelijke regeling, doch hij zou de kosten be
perkt willen zien tot b.v. f.0,20 per inwoner.
DE VOORZITTER antwoordt hierop, dat door de
wet verschillende voorzieningen zijn voorge
schreven die in een regionaal kamp getroffen
moeten worden. In dit verband wijst hij er nog
op, dat bij de opstelling van de begroting re
kening gehouden moest worden met de bestaande
financiële regelingen.