-389-
Gedeputeerde Staten eisen een verhaal van kosten
ad 80 fo, terwijl een bedrag tussen de 70 en
100.000,-- gulden voor rekening van de gemeente
blijft
Het waterschap zal hier een stuk van moeten af
romen. Doet het Waterschap dit niet dan zal een
zware straat- of baatbelasting op de inwoners komë
te drukken.Spreker acht een straatbelasting in
dit verband echter onbillijk, zodat de aanliggen
de eigenaren door een baatbelasting getroffen zul
len moeten worden. Deze eigenaren zullen dan be
langrijk zwaarder belast worden dan wanneer het
waterschap in de kosten bijdraagt.
Het lid JANSEN oppert de mogelijkheid om-
wanneer de gemeente alles financiert- aan het
waterschap jaarlijks in rekening te brengen de las
ten verbonden aan een investering van 30 der
verbeteringskosten.
SPREKER zou ook wel graag zekerheid hebben of de
weg in het ruilverkavelingsplan op 3 of op 5
meter gehouden is.
Wethouder VAN R0SMEULEN zegt, dat het bestuur
van het waterschap niet te zwart voorgesteld moet
worden; dit bestuur wil ook wel verder gaan dan
f.5000,--.
Het lid ËURKS merkt op, dat een principiële
machtiging wordt gevraagd en hij informeert of
het definitieve verzoek later komt.
DE VOORZITTER zegt, dat de aanvrage thans
geldt voor de volle kosten ongeacht de bijdragen
van anderen. De definitieve aanvrage kan eerst
gedaan worden als alle gegevens bekend zijn.
De gevraagde machtiging wordt hierna zonder
hoofdelijke stemming verleend.
a.Nader ter tafel te brengen
stukken.
Onttrekking aan openbaar ver
keer gedeelte van voetpad
We strik.
DE VOORZITTER brengt nog in behandeling het
verzoek van CLauwermjssen,Groenstraat 83,alhier,
om onttrekking aan het openbaar verkeer van het
voetpad "Westrik"voor zover lopende tussen de
percelen sectie F no.1596 en 194*
DE VOORZITTER zegt, dat het verzoek ter open
bare kennis is gebracht en dat geen bezwaren zijn
ingekomen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt tot onttrek
king aan het openbaar verkeer besloten.
■Principiële vaststelling uit
breidingsplan "ZUID", in onder-
delen.
DE VOORZITTER vraagt of er in principiële zin
bezwaren tegen dit plan bestaan.
Het lid LOTSTRA wijst op de twee centra en de
twee kerken, die dicht bij elkaar komen te liggen.
DE VOORZITTER antwoordt, dat dit de basis van
het plan is. De geprojecteerde winkels zullen
nodig zijn voor de voorziening in de behoeften van
de bewoners in deze nieuwe wijk.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel besloten.