Ten aanzien van punt b) informeert het
lid HURKS of deze geldlening is voor reeds gedane
kapitaalsuitgaven.
De voorzitter bevestigt, dat deze lening
bedoeld is als consolidatie van tot nu toe ge
bruikte kasgelden.
Vervolgens wordt deze mededeling voor
kennisgeving aangenomen.
24-
Mededeling van Burgemeester en De VOORZITTER zegt vervolgens een mededeling
Wethouders betreffende een wijziging te doen betreffende de uitvoering van plan Zuid.
in plan Zuid. Het lid HURKS vraagt of dit niet beter in
besloten vergadering kan worden behandeld, omdat
het waarom van deze kwestie in feite niet voor de
pers is bedoeld.
Het lid JANSEN merkt in dit verband op, dat
hij geen voorstander is van besloten vergaderingen.
Aangezien geen der leden het woord verlangt
omtrent het verzoek van het lid HURKS deelt de
VOORZITTER mede dat de instap in Zuid bij
Schipperen en Lathouwers wel mooi, maar duur is,
daar gerekend moet worden op een bedrag van
150.000,- voor de aanleg van een weg van 50 m.
lang. In de commissie uitbreidingsplannen is een en
ander besproken, en thans zijn burgemeester en
wethouders van mening, dat deze instap voorlopig
bete/kan worden achterwege gelaten. Spreker stelt
uitdrukkelijk dat het hier derhalve geen wijziging
van het uitbreidingsplan betreft, doch een
"niet-uitvoeren", althans voorlopig.
Aldus blijft de basis tot onderhandeling met
betrokkenen open. Het plan is thans de weg boven
de percelen van Schipperen en Lathouwers iets af
te buigen en 100 m verderop een doorgang te
scheppen op eigen grondgebied..
Na deze mededeling gaan allen akkoord
met het plan van Burgemeester en Wethouders.
De VOORZITTER deelt mede, dat van de fractie
HURKS een schriftelijk verzoek is ingekomen om de
zetels in de Raadscommissies Onderwijs, Sport- en
Jeugdzaken en die van Openbare Werken bij raads
besluit van 12 september 1962 ingenomen door resp.
de heren Boot en lockx te wisselen, aangezien de
heer Boot beter bekend is met Openbare Werken en
de heer Lockx beter met sportzaken.
De VOORZITTER geeft in dit verband gelegen
heid aan ieder om vrij zijn mening hierover te
zeggen.
Het lid AARTS zegt hierop, dat hij het
jammer vindt dat in de vergadering van 12 septem
ber de betrokken leden volmondig hebben ingestemd
met de benoeming, terwijl zij er thans op terug
komen.
De VOORZITTER zegt dat hij de zaak
enigszins kan vergoelijken omdat het hier twee
nieuwe raadsleden betrof, die in de vorige verga
dering waarschijnlijk van de gang van zaken niet
volledig op de hoogte waren.
Het lid HURKS licht toe, dat hem deze vraag
is gesteld na afloop van de vorige vergadering
en dat hij, alhoewel hij de vraag billijk acht, het
toch met een bezwaard hart moet verdedigen.
25. Rondvraag
-120-