-167- een telefonisch gesprek met het Ministerie van Volkshuisvesting en Bouwnijverheid is ge bleken, dat de zgn. huurtoeslag voor bejaarden per 1 september 19^2 alsnog kan worden opgetrok ken van 100,- naar 150,- per jaar, mits de Raad op korte termijn hiertoe besluit. Van de zijde van het Ministerie heeft hij de toezegging gekregen, dat op medewerking volledig kan worden gerekend -de helft van deze huurtoeslag komt voor rekening van het rijk- indien een en ander op korte termijn zou kunnen worden afgewerkt. Vandaar dat als aanvulling voor de Raadsagenda een ontwerp-besluit alsnog is ingediend. De VOORZITTER zegt gelegenheid te willen geven tot discussie omtrent dit voorstel. Wethouder VAN DER WESTEN zegt van mening te zijn dat omtrent dit voorstel iedere discussie achter wege kan blijven. Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het ontwerp besloten. De VOORZITTER deelt mede, dat hij heden morgen in zijn brievenbus een schrijven vond van het lid JANSEN waarin een aantal vragen zijn gesteld. De korte tijd welke spreker restte, heeft er toe geleid, dat slechts enkele punten op schrift konden worden gesteld. Het overige zal spreker a l'improviste beantwoorden. De vragen van het lid Jansen zijn de volgende: I. Is het Uw geacht College bekend, dat ingeze tenen van onze gemeente zich tot G.S. gewend hebben met een protest inzake de Verhaals- regeling BL.O.busvervoerzoals deze voor schoolbezoek in een andere gemeente wordt toegepast? Verschillende ouders weigeren momenteel op grond van de hoge kosten hun kinderen BL.0-onderwijs te laten volgen. Te dezer zake blijkt dat in andere gemeenten geen verhaal wordt toegepast. II. Kan Uw geacht College mededeling doen, welke beweegredenen haar ertoe hebben gebracht optieaanvragen op bouwgrond af te wijzen alvorens de Raad haar beslissing ten principa le heeft genomen. Vragensteller acht deze handelwijze onjuist, omdat hierdoor de Raad in haar besluitvorming a priori wordt beperkt, doordat zij niet op de hoogte kon zijn van de veelheid van mogelijkheden, die zich in een bepaald geval t.o.v. hetzelfde object presen teren. Zie Uw brief dd. 5-3-19^3 aan D.Kok en Co in Schiedam. III. Vragensteller heeft sterk de indruk dat de Raad niet in kennis wordt gesteld van alle correspondentie, die te harer intentie ten gemeentehuize wordt gepresenteerd. Aangezien vragensteller deze correspondentie ziet als correspondentie, gericht aan ieder raadslid persoonlijk, verzoekt hij Uw geacht College deze correspondentie iedere raadsvergadering onverkort als aanhangsel van de Raadsstukken toe te voegen, opdat alle raads leden hiervan kennis kunnen nemen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1963 | | pagina 167