-98-
dan de limiet van 35.000,-
Dit betekent dat op onverkoopbare grond ter
waarde van 1 millioen gulden jaarlijks
50.000,- a 60,000,- renteverlies moet
worden bijgeschreven.
Maar dit betekent tevens dat de voor
winkelbebouwing, kerk-en scholenbouw in het
plan uitgetrokken gronden niet kunnen worden
uitgegeven omdat deze projecten de gewoonte
hebben veelal op het eind van de rit te
verschijnen. Als echter omvangrijke woning
complexen niet tot realisering kunnen komen
wordt het eind van de rit toch wel naar de
toekomst verschoven.
Bij een grondprijs van circa millioen
beloopt het renteverlies per jaar van
25.000,- tot 30.000,-.
Opzettelijk spreek ik over bijschrijven van
renteverliezen om mij tegen een suggestie
indeze richting reeds bij voorbaat te wapenen.
Men moet hiervan echter niet alle heil ver
wachter om de eenvoudige reden dat de daaruit
voortspruitende grondprijsverhoging ook maar
tot een bepaaldpunt mogelijk is n.l. het punt
waar de koopbereidheid wegvalt door het prijs
niveau; of voor publieke bestemmingen waar de
prijs van de grond alle verdere mogelijkheden
zou afsnijden.
Ik waag mij niet aan bespiegelingen
over de mogelijke omvang van de te verwachten
verliezen. Belangrijk is slechts dat grote
verliezen zich gaan aftekenen; verliezen
ook die de in de kostprijsberekening opgeno
men risico-reserve belangrijk zullen over
treffen en dat is voor de gemeente een moei
lijk verteerbare zaak.
Reeds heeft het gemeentebestuur bij
Gedeputeerde Staten en Provinciale Directie
aandacht voor deze bizarre situatie gevraagd;
een situatie welke te meer accent krijgt als
men in overweging neemt dat talloze gemeenten
wegens gebrek aan bouwrijpe gronden niet of
nauwelijks tot uitvoering van bouwplannen
kunnen geraken en andere die in bijna
chaotische haast uitbreidingsplannen tot
realisering moeten brengen om woningcontin
genten of productiestromen plaatsingsmogelijk
heid te bieden; ja, zelfs een situatie die
tot in het absurde lijkt te culmineren in de
omstandigheid dat de stad Breda met de meeste
spoed -en het zij gezegd in goede harmonie
en in overeenstemming met ons gemeentebestuur
middels een grenswijziging een gebiedsdeel
van Prinsenbeek moet overnemen teneinde de
overstelpende woningproductiestrornen ruimte te
kunnen geven terwijl daartegenover het gemeen
tebestuur van Prinsenbeek in eigen bebouwde
kom met een volkomen pYanklaar uitbreidings
plan gereed ligt voor honderden woningen,
die niet mogen worden gebouwd omdat het niet