-172-
vernomen, dat men niet moet ingaan tegen de
bedoeling van de school (Breda). Wegens het
verkeer en andere hinder had de Minister be
zwaar tegen de bouw van een school op die
plaats. Spreker acht de kosten onoverzien
baar wanneer de Schoolstraat, ook nog voor
bij de Pastoor Oomenlaan, moet worden ver
breed.
De VOORZITTER zegt, dat bij de kruising
der twee delen van de Schoolstraat een ba
jonet-aansluiting reeds is overwogen.
Overigens zegt hij de mening van de Raadsle
den niet geheel te kunnen ontzenuwen. Voor
lopig zou verbreding bij Watzeels redding
brengen, doch alles moet uiteindelijk via de
Val dijk naar Breda.
Wethouder VAN DER WESTEN oppert de gedach
te van verbreding van de Pastoor Oomenlaan
en de Gertrudislaanzodat het verkeer in
die beide richtingen kan uitwaaien. Overi
gens stelt hij - terugkerend naar het voor
stel - dat het bedrag voor de commissie geen
moeilijkheid is geweest. Het voor en tegen
van de verplaatsing van enkele schoolloka
len is besproken.
Het lid JANSEN zegt het voorstel te willen
amanderen. Hij wil de gedachte van het archi
tectenplan niet weggooien, maar acht een ad
vies van een verkeerstechnicus thans van meer
belang. Deze moet beoordelen of deze ader in
de toekomst acceptabel is.
De VOORZITTER zegt met dit voorstel ak
koord te kunnen gaan. Hij is er van overtuigd,
dat het dan wel een groter krediet zal wor
den.
Voorstel in verband met verzoek bestuur
R.K. Jongensschool om de eigendom te ver
werven van achter de school liggende
grond en om medewerking te verlenen de
bestaande afrastering te verbeteren.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten
het verzoek van het Bestuur der Meisjesschool
aan te houden, daarbij stellend, dat dit geen
afwijzing betekent en een krediet beschikbaar
te stellen conform het voorstel Jansen (on
derzoek verkeersdeskundige)
De VOORZITTER zegt nog tenslotte, dat hier
snel gehandeld moet worden, daar de school
verouderd is en de huishoudschool daar gaat
verdwijnen.
De VOORZITTER zet uiteen, dat eenzelfde
verzoek in 1961 is ingediend en in zoverre is
toegestaan, dat de grond beschikbaar is ge
steld na afrastering en betegeling. De Raads
commissie voor Onderwijszaken adviseert con
form het voorstel afwijzend te beschikken,
doch ddet tegelijkertijd een royaal gebaar