-299- alle verzoeken kon worden voldaan, is te begrij pen. niettegenstaande dat heeft hij dit we±k graag gedaan, en hij zegt, verheugd te zijn hier aan te hebben mogen meewerken. Zowel de Voor zitter als Wethouder van der Westen dankt hij bijzonder voor de prettige en goede verstand houding in de B W- vergaderingen en Raadsver gaderingen. De Raad dankt hij voor de medewerking bij het tot stand komen van de werken. Ook spreekt hij zijn dank uit tegenover alle gemeen te-ambtenaren, van hoog tot laag, en zowel van j gemeentehuis, hulpgemeentehuis als van de bui tendienst en niet het minst aan het gehele per soneel van Openbare Werken. Door de adviezen van allen en door de prettige samenwerking is zijn werk eenvoudiger geweest. Hij zegt tenslotte te hopen, dat de gemeente Prinsenbeek in de ko mende jaren moge groeien en bloeien. Het lid VAN DE MOSSELAAR vraagt hierna het woord en zegt voorop te willen stellen - nu het ijs voor hen wat gebroken is - dat zij als groe pering voor het Gemeenschapsbelang bepaald niet de bedoeling hebben tweedracht of donkere wol ken in deze Raad te willen brengen. Zij willen gaarne, en zeggen bij voorbaat hierbij de volle medewerking toe, medewerken bij het tot stand komen van zoveel mogelijk vooruitgang in Prin senbeek. Zij willen zich dan ook beslist niet onttrekken aan de verantwoordelijkheid, welke zij menen te moeten dragen, omdat zij /[Ofo van de kiezers achter zich hebben staan. Daarnaast zullen zij in de komende raadsvergaderingen de problemen dan ook zoveel mogelijk objectief gaan benaderen en beslist niet door persoonlijke wrijvingen de problemen alleen maar gaan vergro ten in het intermenselijke vlak. Zij willen ook in de komende jaren trachten in het algemeen be lang van Prinsenbeek hun bijdrage te verlenen bij de besluitvorming. Verder hopen zij ook hun bijdrage te kunnen verlenen in de nog grotere samenwerking, die - zoals we de laatste tijd nogal veel horen - de intergemeentelijke samen- wer ing zal zijn. Hij zegt te hopen, dat zij als groepering zullen worden geaccepteerd door het geheel, terwijl zij van hun kant zullen moeten tonen dit waardig te zijn. De VOORZITTER zegt uit het eerder gesprokenen reeds te hebben willen duidelijk maken, dat bij hem althans een grote samenwerkingswil voorzit, en hij hoopt deze gedachte ook vaardig te kunnen maken bij zijn beide wethouders, zodat straks bij de voorstellen tot commissiesamenstelling deze gedachte afgewogen ter beslissing aan de Raad kan worden voorgelegd. Het lid JANSEN merkt op, dat naar zijn mening niet het College van Burgemeester en Wethouders de commissies samenstellen, al voegt hij er on middellijk aan toe het niet anders te willen dan zoals de VOORZITTER het zegt. Hij zegt zelfs niet in twijfel te willen trekken, wat door de Voor zitter is gezegd; hij zou dit zelfs willen on derstrepen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 299