-304-
ander aan de loods gaat gebeuren, dan kan hij vol
ledig achter het voorstel staan. Zou dat niet het
geval zijn, dan wil hij het gemeentebestuur in
overweging geven het zo te r gelen, dat het vee
gedurende deze winter in de loods kan blijven.
De VOORZITTER antwoordt, dat de gemeente uiter
aard niet kan beloven, dat er voor april a.s. iets
zal gaan gebeuren met de loods. Daarmede houdt
verband de beslissing van de raad om het nodige
krediet, hoe gering dit ook is,te voteren.
Het lid VAN DE MOSSELAAR vraagt of er een compro
mis te vinden is naar aanleiding van een der vol
gende agendapunten, nl. do verkoop van de boerde
rij Huijben. Het is bekend, dat de Heer Lauwerijs-
sen graag van deze boerderij gebruik maakt.
De VOORZITTER zegt, dat de Heer Lauwerijssen dit
al een jaar geleden met hem heeft besproken, doch
dat hij vast zit met de in Hoeven aangekochte boer
derij. Wethouder VAN DER WESTEN stelt, dat de Heer
Dikmans en hij hierover nog een dezer dagen con
tact heeft opgenomen met de Heer Lauwerijssen,
waarbij bleek, dat hij geen belangstelling heeft
voor aankoop van de boerderij Huijben.
Het Lid VAN DE MOSSELAAR vraagt, of deze boerderij
dan niet aan Lauwerijssen kan worden verhuurd. De
VOORZITTER antwoord, dat dit een benadeling van de
gemeente zou betekenen, omdat het hiervoor geïn
vesteerde kapitaal nooit door huur rendabel zal
worden.
Het lid ROELEN merkt op, dat iedere vorm van huur,
zowel voor de boerderij als voor de loods - gevaar
lijk is met het oog op de consequenties. Hij zou
liever zien dat hier van gebruik tot uiterlijk
1 april kon worden gesproken. WETHOUDER VAN DER
VESTEN zegt, dat zijn fractie de mogelijkheid be
sproken heeft van het "open laten staan door de
gemeente gedurende de winter" en daarnaast ook nog
de mogelijkheid, dat bij verder gebruik van de
loods door Lauwerijssen een deel van de ontvangen
liquidatievergoeding aan de gemeente wordt terug
betaald
Het lid TAN DE MOSSELAAR merkt op, dat in de stuk
ken wel gesproken wordt over melkvee, maar niet
over jong vee, waarvan op dit moment juist duide
lijk sprake is.
Het lid JANSEN zegt in dit verband, dat we over
jong vee helemaal niet moeten praten, want betrok
kene heeft altijd geweten, dat zijn claim op 1
november afliep, zodat hij nooit aan jong vee had
moeten beginnen. Als er gesproken moet worden over
gebruik, dan moet men zonder meer uitgaan van 15
maart of 1 april, waarbij de gemeente er zich aan
bindt voor die datum niets te doen. Op dit punt
zou spreker aan Burgemeester en Wethouders willen
vragen "Kunt U voor die datum iets doen?".Persoon
lijk is hij van mening, - gezien de aanvraag voor
het krediet en de goedkeuring hierop - dat er voor
die tijd nog niets aan gedaan kan worden. Is dat
zo, dan zou hij willen voorstellen gebruik tot 15
maart toe te staan met de bemerking, dat hij die
datum ook moet zijn geruimd.