-211-
5Voorstel tot het nemen van een voorbe
reidingsbesluit in verband met de rea
lisering van het recreatiecentrum
de Kuil
Voorstel tot vaststelling van de ver
goeding over 1965 en het voorschot
voor 1966 voor het bijzonder kleuter
onderwijs.
De VOORZITTER licht toe, dat er op korte
termijn voorschriften moeten komen voor het
gebied rond de Kuil daar hier afgravingen
dreigen te geschieden. Door het nemen van
een voorbereidingsbesluit kunnen nadere
maatregelen worden getroffen. Het lid HURKS
zegt deze tip te hebben gegeven omdat dit
toekomstig recreatiegebied ook in de ruil
verkaveling is betrokken. De VOORZITTER zegt
deze mogelijkheid te hebben aangegrepen
omdat alleen de gemeente het recht van po-
litiedwang heeft, en niet de ruilverkave
lingscommissie. Omtrent het eigenlijke
recreatieplan zegt spreker dat burgemeester
en wethouders de omgekeerde weg willen
volgen n.l. door eerst het fiat van het
het plan te verkrijgen van de planologische
en technische diensten in deze provincie
en daarna dit principieel aanvaarde plan
aan de Raad voor te leggen. Zo is het ook
gegaan met het sportveldencomplex en met
het bestemmingsplan West. Zonder hoofdelijke
stemming wordt conform het voorstel
(voorbereidingsbesluit Kuil) besloten.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
7. Voorstel tot het beschikbaarstellen Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
van een krediet voor aanschaffing het voorstel besloten.
van leer- en hulpmiddelen R.K.Jongens-
school
Voorstel tot vaststelling van de 5e
begrotingswijziging 1966
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform
het voorstel besloten.
9. Voorstel tot wijziging van de salaris- De VOORZITTER licht toe dat dit voorstel
verordening het gevolg is van Gedeputeerde Staten om
enige verandering te brengen in de rangen
formatie. Het formatiebesluit van vorig
jaar september diende derhalve te worden
gewijzigd. Zonder hoofdelijke stemming
wordt conform het voorstel besloten.
10. Nota inzake verhoging van de opcenten
personele belasting
De VOORZITTER verwijst -naar aanleiding
van het in de vorige vergadering aangehou
den voorstel tot verhoging van 150 naar 250
opcenten personele belasting- naar het
bij de raadsstukken gevoegde overzicht van
de belastingdruk in de wijde omgeving. Het
resultaat is zodanig dat burgemeester en wet
houders het voorstel tot verhoging hand
haven zij het dan wat afgezwakt n.l.verho
ging tot 200 opcenten. Behalve als gevolg
van de vergelijking tussen andere gemeenten
is dit nieuwe voorstel mede veroorzaakt
door het inmiddels bekend geworden feit,
dat voor gemeenten beneden 10.000 zielen
een verhoging van meer dan 200 opcenten