197— Vervolgens komt aan de orde de begroting 1966, omvattende de begrotingen van het Grondbedrijf, s van het woningbedrijf, van de stichting Ger- trudisoord, de gemeentebegroting 1966 alsmede de 1e wijziging hierop. De VOORZITTER licht toe, dat de oorspronkelij ke gemeentebegroting sluit met een nadelig saldo van A-3.000.-., doch dat bij de 1e wij- ziging dit tekort wordt opgeheven door be schikking over saldi-reserveBij het uitkam men der begroting is komen vast te staan, dat dit tekort veroorzaakt wordt door de stijging van de kosten voor krankzinnigen e.d. Hij wijst er op dat de laatste tijd de verpleegprijzen stijgen tot het onmogelijke. Hiermede wordt in de toekomst wel rekening gehouden, maar nu leidt het tot een tekort, zodat terecht een beroep wordt gedaan op de saldi-reserve. Deze mogelijkheid heeft hij ter provinciale griffie besproken, waarbij werd geadviseerd het voor te leggen. Het lid HIJRKS zegt, dat een groot deel van de kosten krankzinnigen een voorschot aan het Rijk betekent, dat daardoor moeilijkheden ont staan waardoor normale dingen geen voortgang kunnen vinden'. Hij is van mening dat deze kos ten door het Rijk bij voorschot moeten worden verleend. De VOORZITTER zegt van mening te zijn dat het aldus putten uit de saldireserve het eerste geval in Brabant zal zijn. Dit is echter geen reden om het niet te doen. Wethouder VAN DER WESTEN zegt te hebben gecon stateerd dat de begroting deskundig, objec tief duidelijk in elkaar is gezet. Hij had moe ten hopen, dat het nog wat losjes was gedaan, zodat nu kon worden besnoeid. Zonder stukken te maken is er nu niets aan te doen. Het betoog van het lid HURKS zou hij verder willen zien n.l. zich uitspreidend over het gehele vlak van de sociale zorg. Bij de inwer kingtreding vorig jaar van de Algemene Bijstands wet was niet voorzien dat de gemeenten zoveel moesten verwerken. Nu na een jaar acht hij het juiste moment gekomen of te kunnen overzien dat juist vanwege die kosten van sociale zorg er een begrotingstekort ontstaat. Al eerder is gezegd, dat zonodig de tering naar de nering dient te worden gezet, maar hij ziet dit in deze verhoudingen een stap achteruit. Als het Rijk ervoor had gezorgd, dat deze zaak tijdig was opgevangen dan waren we nu op het goede pad geweest. Beschikking over de saldi-reserve juist op dit moment en na de nodige ervaring acht hij zeer juist.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1966 | | pagina 197