-277-
Wethouder VAN DER WESTEN herinnert eraan, dat bij
de opening van de gesprekken omtrent de gebieds-
ruil verondersteld werd, dat de gebiedsruil zou
kunnen plaats vinden tegelijk met de indiening
van het ontwerp-uitbreidingsplan.Diverse facto
ren hebben dit verhinderd. Het is zelfs Breda uit li
de hand gelopen, waarbij hij er vast van over
tuigd is, dat een en ander van stonde af aan door
Breda goed bedoeld is. Door wijzigingen in de top
door'andere opvattingen en meningen, zelfs door
de krappe financieringsmogelijkheden is de zaak J
anders gelopen, ofschoon Breda nog onlangs heeft
toegezegd, dat de aankoop in het noordelijk ge
bied weer zal worden voortgezet, zodra de gelden
hiervoor beschikbaar zijn. Spreker zegt nog wel
onzekerheid te zien in de goedkeuring van Gedepu
teerde Staten, vooral omtrent het vrijkomende
noordelijke gebied, doch in het voorstel van de
commissie ziet hij toch een zekere veiligheid
voor alle belanghebbenden. Was hier geen ander
voorstel gedaan dan zou Prinsenbeek geen partij
meer zijn geweest op onderhandelingsniveau.
I
De VOORZITTER merkt ten aanzien van de onzeker
heid over de goedkeuring van Gedeputeerde Staten
nog op, dat Gedeputeerde Staten nooit goedkeuring
kunnen onthouden op een niet-genomen-besluitzo
dat geen moeilijkheden zijn te verwachten omtrent,
het noordelijk gebied. Zij kunnen de gemeente
wel dwingen om binnen een bepaalde termijn een
uitbreidingsplan op te stellen en in dat geval
kunnen wij ook het noordelijk deel aanwijzen als
landelijk gebied zonder bebouwing. Een niet-goed-
keuring op het middengebied is eveneens niet te
verwachten, want dan is het een vrij gebied met
alle mogelijkheden tot speculatie.
Het lid P.BIEMANS zegt dat hij niet op de verga
dering van de commissie uitbreidingsplannen aan
wezig kon zijn, doch dat hij zich met het voor
stel van de commissie kan verenigen. Hij zegt
verder verbaasd te hebben gestaan van een publi
catie in de "Boer en Tuinder", dat het uitbrei
dingsplan Haagsche Beemden ter visie lag.
Het lid HURKS zegt, dat in "De Stem" een gelijk
luidend bericht heeft gestaan.
De VOORZITTER informeert of dit een officiële pu
blicatie is geweest, uitgegaan van het gemeente
bestuur. Beide leden ontkennen dit, zodat dit
volgens de voorzitter een onbekend bericht moet
zijn geweest.
Resumerend stelt de VOORZITTER, dat het voorstel
van de commissie niet het volle enthousiasme van
Breda zal hebben, doch het is in de gegeven om
standigheden een voorstel met Salomonswijsheid
waarbij men en de kool en de geit tracht te spa
ren.
Het lid P.BIEMANS vraagt nog of er een nadere aan
duiding komt voor de omschrijving "hoogspannings-t
kabel" Vooral ook omdat dit niet parallel loopt
met de plannen I en II van Breda.