-26- ïïet lid VAR DE MOSSELAAR acht de argumentatie van het lid Aarts goed gemeend, doch hij ziet het niet als een gevoelskwestie, doch als een feitenkwestie. Prinsenheek heeft nl. 90 leden, NOCO 60 leden. Hij vraagt zich af hoe we 150 personen op de hei de hanen in Prinsenheek kunnen laten spelen.Hier door wordt de groei van de Prinsenbeekse vereni ging gestremd, vooral in het 2e jaar, wat het be langrijkste jaar is te noemen. Verder heeft hij geconstateerd, dat de begroting van de.Prinsen beekse vereniging sluitend is, ofschoon in de vergadering van 27 januari j.l. is gesteld, dat er een tekort van 900,-- zou zijn. De bewering, dat niet alle leden zouden hebben betaald, kan hij niet onderstrepen, daar volgens de debiteu renstand per 31 december 1966 er bij deze vereni ging een vordering is van slechts 65,voor namelijk door het nog niet betalen van twee fa milies. Tijdens de commissievergadering kon hij niet achter het meerderheidsadvies gaan staan, om dat hij nog niet volledig was geinformeerd. Het lid ROELEÏÏ zegt een en ander niet met de ogen van het gevoel te willen zien. Indien door onze beslissing teleurstelling zou ontstaan bij de Prinsenbeekse vereniging, dan ziet hij liever geen NOCO. Bovendien kan dit nog eens worden be zien bij de aanleg van een 3e baan. Iets anders is het als de Prinsenbeekse club het financieel niet aan kan of als zij tijden over hebben. Hiertoe uitgenodigd door de VOORZITTER zegt wet houder VAN DER WESTEN dat het te mooi zou zijn als zaken zoals dezen geruisloos zouden verlopen. Uit berichten in de Gertrudisklok en uit de dis cussie tijdens de commissievergadering is hem duidelijk geworden dat deze zaak in het persoon lijke en in het politieke vlak is getrokken. Hij wil deze richting niet uit. Hij blijft achter het standpunt van Burgemeester en Wethouders staan, tenzij beide verenigingen in onderling overleg tot elkaar kunnen komen, in welk geval hij graag zou zien, dat Burgemeester en Wethouders hun voor stel terugnemen. Als antwoord aan de drie sprekers stelt de VOOR ZITTER, dat het niet helemaal eerlijk is van een ingenomen standpunt af te wijken nu in een infor mele bespreking de Raad achter de gedachte van Burgemeester en Wethouders is gaan staan om NOCO in Prinsenbeek toe te laten. Op grond van deze toezegging heeft hij NOCO bericht, dat de Raad straks een welwillend standpunt in zal nemen.Hij acht het niet anders dan vólgens de goede zeden om nu het gegeven woord gestand te doen. Naar aanleiding van de bemerking van het lid van de Mosselaar, dat de Prinsenbeekse club thans 90 leden telt, zet de VOORZITTER uiteen, dat volgens de vuistregel - door hem heden nog besproken tij dens een congres te Kerkrade- 60 leden voor een baan gelden. Met 90 leden komt de Prinsenbeekse vereniging aan 1-g- baan, terwijl NOCO niet eens de tijden voor een halve baan nodig heeft. Boven dien kunnen we bij overbezetting onmiddellijk bij Gedeputeerde Staten aantonen, dat er een 3e baan nodig is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1967 | | pagina 26