-27-
Wethouder HURKS stelt, dat de Raad tijdens de
informele "bespreking is ingelicht door personen -
die op dit terrein kennis van zaken hebben.
Aangezien toen bekend was, dat Prinsenbeek 60
leden telde, is het voorstel van Burgemeester
en Wethouders hierop uitgebouwd. Door de steun
van een andere vereniging aan de jonge Prinsen-
beekse club kon deze club een gunstig perspec
tief tegemoet zien. Ondanks de 90 leden wil het
er bij hem nog niet in, dat het destijds inge
nomen standpunt waardeloos zou zijn.
De VOORZITTER geeft in tweede instantie het
woord aan de leden AARTS, BIEMANS, van Geel,
Mevrouw van DONGEN, VAN DE MOSSELAAR, ROELEN en
WILDHAGEN.
Het lid AARTS zegt van mening te zijn, dat 90
leden nog geen 90 tennissers betekent. Ruw ge
schat zal een derde deel het nog moeten leren.
Mogelijk is het terrein achter de Jongensschool
weer als oefenterrein te gebruiken. In dat ge
val kan NOCO worden ingepast.
Het lid BIEMANS vraagt of de totaal-opbrengst
in alle gevallen dezelfde blijft.
De VOORZITTER ontkent dit.
Het lid BIEMANS stelt nog, dat de Prinsenbeekse
vereniging misschien blijer zal zijn met de
uren op zaterdag en zondag, dan met die op de
overige vijf dagen.
Het lid VAN GEEL zegt, dat het niet waar blijkt
te zijn, dat de Prinsenbeekse vereniging de
banen voor een groot deel ongebruikt laat, ter
wijl dit toch in de informele bespreking is ge
zegd.
Mevrouw VAN DONGEN is ook van mening, dat een £a/
ander destijds door de heer Jansen geflatteerd
is voorgesteld. Er zouden haast geen senioren
zijn, terwijl er bij de Prinsenbeekse club 45
B-senioren (van 17 tot 28 jaar) en 16 A-senoi-
ren (vanaf 28 jaar) blijken te zijn.
Volgens de notulen van de tennisvereniging - al
dus het lid van de MOSSELAAR - is er contact
geweest tussen deze club en NOCO. De heer Ver
meulen van NOCO zou na ruggespraak met zijn le
den weer contact opnemen met de club van Prin
senbeek. Dit is echter niet meer gebeurd. Door
beroep te doen op het gezond verstand kan NOCO
nog worden ingepast.
De VOORZITTER antwoordt, dat de gemeente als
verhuurder verplicht is te regelen. Men mag de
tijden niet te grabbel gooien.
Het lid ROELEN wil rechtzetten, dat bij de in
formele bespreking niet alle raadsleden aanwe
zig waren. Hijzelf is onmiddellijk na de ver
gadering vertroKken en heeft deze informele be*
spreking niet meegemaakt.
Verder zou hij graag zien, dat het contact tus
sen beide verenigingen van gemeentewege verder
wordt uitgediept, en in dit verband de stemming
thans uit te stellen.
Het lid WILDHAGEN is eveneens van mening, dat
de Raad destijds eenzijdig is geïnformeerd.
Hij is het niet eens met de opvatting van Wet
houder van der Westen, dat de zaak in de poli
tieke sfeer is getrokken.