spreker zeer geschikt met het oog op de na bijheid van een park en een speelterrein. Mevrouw van ^ongen gaat nog even nader in op haar vraag betreffende de stichting van een openbare school, naar aanleiding waarvan een korte discussie ontstaat tussen haar en de Voorzitter, aan welke discussie ook Wethouder van der Westen deelneemt, over punten als: weten de ouders wel, dat zij tesamen tot op richting van een openbare school kunnen komen; is de noodzaak en de behoefte aanwezig voor een dergelijke school, gezien de ervaringen in omliggende gemeenten; moeten de initiatieven hiertoe uitgaan van het gemeentebestuur; moet het gemeentebestuur straks als school bestuur optreden; biedt de huidige (katholieke) school minder dan een openbare school. De VOORZITTER besluit door te stellen, dat hij op dit punt geen problemen ziet voor Prinsenbeek - wat voor het lid AARTS aanlei ding is op te merken, dat, als er geen pro blemen zijn, deze ook niet moeten worden aan gewakkerd - en hij (de voorzitter) zegt toe zonodig te willen afchequen bij niet-katho- lieken ouders hoe men over dit onderwerp denkt. Mij acht het overigens een waardevolle gedachte f Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het voorstel besloten. 3^oorstel tot het beschikbaar stellen van kredieten en het aanvragen van Pjjkssteun voor de bouw van 2b woning wetwoningen De VOORIjITTER stelt voorop, dat dit een voor stel pro-forma is. Het moet gezien worden als een poging om een vogel af te schieten, omdat aan het eind van elk jaar nog wel eens extra contingenten te bemachtigen zijn. Het plan van 2b woningen is gezien de situering moei lijk realiseerbaar, vandaar dat Burgemeester en Wethouders meer heil zien in 22 woningen. Zij zullen worden gebouwd op het perceel van van Meer aan de vianendreef naast de gedachte bejaardenwoningen, zodat alles tegelijk en onder een aannemer kan plaats vinden, ^it zal ook goedkoper kunnen zijn. Het lid AARTS stelt, dat destijds de gedachte is geopperd het aantal te bouwen bejaarden woningen daar op te trekken tot ongeveer 36. Het lid Mevrouw van DONGEN vraagt hoeveel be jaardenwoningen er dan nu zullen worden ge bouwd. De VOORZITTER antwoordt het lid Aarts, dat men destijds het aantal van 36 bejaardenwo ningen heeft moeten beperken tot 23 - wat dan ook tevens een antwoord is op de vraag van het lid Mevrouw van ongen - omdat voor be jaardenwoningen een lagere grondprijs wordt toegestaan dan voor normale woningwetwoningen en dat met de oorspronkelijke opzet van 36 woningen de grondprijs niet te halen was. Met 23 bejaardenwoningen en een gelijk aan tal woningwetwoningen is de kostprijs van de grond sluitend te maken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1967 | | pagina 96