-98-
P. Vaststelling van de notulen der ver
gaderingen van 10 oktober 1967 en
van 2b oktober 196?.
1Opening en aanwijzing voorstemmer.
3. Ingekomen stukken.
Notulen van het behandelde in de openbare
vergadering van de Raad der gemeente Prinsen
beek op dinsdag 1^ november 1967*
Aanwezig zijn de leden: 1. M.C.van der Af est en
2. A.J.C.Hurks; 3» Mevr.0.Thvan ^ongen; b.
J.A.Aarts; 5« P.Riemans; 6. A.J.Dikmans; 7
J.van Geel; 8. Mr.JR.A.Jansen9« P.H.J.van
de Mosselaar; 10. G.J.Roeien; 11. A.ildhagen
Voorzitter: P.J.A. Baetens.
Secretaris: P.P.A.van Hal.
De VOORZITTER opent de vergadering met gebed.
Tot voorstemmer wordt aangewezen het lid van
GEEL.
a) De notulen van 10 oktober 1967 worden on
gewijzigd vastgesteld.
b) Omtrent'de notulen van 2b oktober 1967
merkt het lid AARTS op, dat
1bij de opsomming van de aanwezig zijnde
leden het lid Dikmans niet is vermeld;
2. in die vergadering nogal uitvoerig is
gediscussieerd naar aanleiding van de
door Mevrouw van ongen gestelde vragen:
over het kleuteronderwijs, terwijl
hiervan in de notulen vrijwel niets is
terug te vinden behoudens de aanhaling,
dat een verzoek tot stichting van een
Openbare Kleuterschool moet uitgaan van
een twintigtal ouders. Spreker zegt,
dat het wellicht mogelijk is dit alsnog
nader uit te werken.
De VOORZITTER zegt zich deze discussie te
kunnen herinneren. Met inachtneming van deze
correcties worden de notulen van 2b oktober
1967 overigens ongewijzigd vastgesteld.
De VOORZITTER deelt mede, alvorens tot be
handeling van de aangegeven ingekomen stukken,
over te gaan, namens het gemeentebestuur een
verklaring te willen afleggen naar aanleiding
van de recente perspublicaties omtrent plan
nen tot herindeling van gemeenten in de Baro
nie. De verklaring luidt aldus:
"Bij de lezing van de persberichten hebben
wij ons afgevraagd: is de publicatie geschied
met medewerking van Gedeputeerde Staten of
wel is zij geschiedt huns ondanks?
In het eerste geval zou een nieuwe vorm van
communicatie tussen provinciaal bestuur en
gemeentebestuur zijn gekozen. De daaibij ge
bezigde taal is echter zo duister, dat zij
onzekerheid vergroot en bij ambtenaren paniek
zaait, maar zeker geen aanleiding tot over
haaste stappen geeft.