en al ontbrak hem de gelegenheid het omvangrijk
rapport voldoende te bestuderen, hij complimen
teert de heer van der Top om de scherpte van zijn
inzichten en hij is er v«,n overtuigd dat dit werk
belangrijk kan bijdragen tot het behoud van Prin
senbeek.
De heer van der TOP dankt voor het in hem gestel
de vertrouwen en licht toe, enerzijds waarom hij
alleen het rapport heeft moeten samenstellen,
anderzijds wat in korte lijnen de inhoud en de
gedachtengang van dit rapport ia. Hij acht er vol
doende overwegingen van verstandelijke aard in
verweven om de zaak te kunnen verdedigen. Hij heef-t
nagedacht over zijn oorspronkelijke opzet om al
leen met stellingen te komen, maar het nadeel
daarvan is, dat het verband dan zoek is. De vorm
van een rapport heeft het nadeel dat het langer
is; hij heeft zich tenslotte gevoegd naar het
standpunt van het gemeentebestuur, dat aanstuurt
op een discussie met het provinciaal bestuur.
Als belangrijkste stellingname heeft hij de over
tuiging gehanteerd, dat bestuurlijke samenvoeging
alleen een gevolg kan zijn van de sociaal maat
schappelijke ontwikkeling en op grond van sociaal
economische overwegingen. Nu is het plan te zien
in groter verband omdat een groot gebied wordt
bestreken door het ontwerp-streekplan. Daarin ko
men de hoofdlijnen van het West-Brabantse tot ui
ting; de streek wordt eerst sociaal-economisch be
zien, vervolgens als bestuurlijke organisatie.
Reorganisatie was vroeger een kwestie van samen
voeging en daarna samenwerking. De laatste 5 a 10
jaar gaat men niet over tot samenvoeging dan na
dat de samenwerking is onderzocht. De voorkeur
wordt nu gegeven aan een bovengemeentelijke orga
nisatie op het gebied van de ruimtelijke ordening
en dit in gewestelijk verband. Men laat aan de
gemeenten de taken die des gemeentes zijn. In zijn
rapport toetst hij deze opvattingen aan het herin
delingsplan
Het herindelingsplan Breda-Noord handelt niet vol
gens deze maatschappelijke verantwoordelijkheid;
de maatschappelijke en culturele structuur is niet
onderzocht. Breda raakt klem, dus moet er uitbrei
ding komen, dit terwijl in deze maanden een voor
ontwerp streekplan West-Brabant ter tafel is ge
komen. Bezien tegenover het rapport van de Raad
van de Ruimtelijke Ordening en andere studies,
plannen en rapporten is het herindelingsplan een
incongruentie en deze incongruentie is de verde
diging van Prinsenbeek.
Hij zegt in het rapport ook alternatieven te heb
ben ingevoegd. In de raad van Prinsenbeek zijn
immers vroeger al modulaties genoemd, daarbij kan
aan de wensen van Breda worden tegemoetgekomen
en kan aan het genest worden gedacht. Tot slot
heeft hij nog aangenaakt op de wenslijkheid tot
invoeging van de Rith en Effen in de agrarisch-
forensische gemeente Prinsenbeek.