-99- dan ontstaat er een nog levenskrachtiger gemeente met een agrarisch-forensische functie, bovendien nog overeenkomstig functie, bovendien nog overeenkomstig de gedachte van buffer- positie. de Heer van de hosselaar: dient deze discussie over de gemeen schappelijke grondpolitiek niet als aanhangsel van de nota van Dr. van der Top te worden gerealiseerd? de Heer van der Top; ik zou de aandacht er op willen vestigen, dat er in de gedachte van de Heer Jansen - harmonisatie van de grondpolitiek, eventueel toetreding tot een gemeenschappelijk grondbedrijf - wel handelswaarde zit, politieke handels waarde althans; U hebt er weinig mee te verliezen, U kunt er nog al wat mee winnen; van de andere kant kan ik voelen voor het standpunt van de Heer van der Westen, dat er weinig aan grond meer kan worden uitgegeven; en als U weinig gronden hebt aan te bieden, dan zal er ook maar weinig winst uit te halen zijn; U hebt grote terreinen uitgelegd voor woningbouw en van die winst hebt U goede voorzieningen gerealiseerd of in petto; daarnaast moet ik memoreren, dat het investeringsplan van Breda voor de jaren 1970-197^, reeds aan de Raad van Breda aangeboden, inmiddels is ingekrompen en deels verschuivingen heeft onder vonden omdat de middelen niet aanwezig zijn, onder die ver schuivingen behoort het verzetten van 1970 naar 1971 van de ontwikkeling in gebied van de Hagsche Beemden; in de praktijk zal ^reda dus weinig heil zien in Uw aanbod, van de andere kant is het als onderhandelingsbasis een goede gedachte, vooral omdat Breda duidelijk om geld verlegen zit; het zou in het rapport kunnen worden ingevoegd waar wordt gesproken over de taak van Prinsenbeek als agrarisch-forensische gemeente om mede te werken aan de ontwikkeling van het gebied rond Breda. Voorzitter: ik zou het niet als voetnoot willen zien aangemerkt, maar duidelijk zien opgenomen - desnoods als aanhangsel - als een argument dat uit de Raadsdiscussie is geboren. Ik vind het zo belangrijk dat ik graag ieders persoonlijke mening zou willen horen over de volgende formulering: dat de gemeente Prinsenbeek, begrip hebbende voor de omstandig heid, dat bij de gemeente Bre(}a moeilijkheden rijzen over de grondpolitiek ten aanzien van de goedkopere gronden in de rand gemeenten, gaarne bereid is het grondbedrijf in te brengen in een centraal grondbedrijf. Be hoofdelijke stemming wijst uit, dat eenstemmig wordt akkoord gegaan met dit geformuleerde voorstel. de Heer Jansen: we hebben nu gestemd over het centraal grondbedrijf; ik meen, dat - gezien de korte spanne tijds welke resteerde - ons als Raad een woord van dank past aan onze adviseur voor het stuk, dat toch spontaan eenieders instemming gehad heeft; als dank zou ik willen vragen ook het gehele stuk als census in stemming te willen brengen, niet omdat ik vrees dat ook maar een van ons zal tegenstemmen, maar als erkentelijkheid voor dit stuk en bij voorbaat voor het eindrapport tegenover de adviseur. Eenstemmig gaat de Raad akkoord met dit rapport en de gedachte door de Heer Jansen naar voren gebracht.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1969 | | pagina 99