Raad 20-1-1970 2 nog officieel vóóroverleg moet worden gepleegd. De uitvoering van het marktplan heeft niet zo'n haast als soms wel eens beweerd wordt, zo vervolgde de voorzitter, want er heeft zich nog geen enkele serieuze kandidaat gemeld. Het lid van Geel wees er op, dat de parkeersituatie aan en rondom de markt verre van aantrekkelijk was. Hij vroeg of daaraan op korte termijn iets kon worden gedaan. Wethouder van der Westen merkte op, dat in een vorige raadsvergadering weliswaar een beroep op burgemeester en wethouders werd gedaan voor het aanleggen van een grote parkeerplaats, doch de conceptie van het nieuwe plan liet dat op die plaats niet toe. Wethouder Hurks beaamde dit. Ook Mevrouw van Dongen zei er veel waarde aan te hechten, dat de noodbe- strating ten behoeve van do kerkgangers drastisch verbeterd zou worden. Het lid Roeien vroeg de voorzitter, of aan het indienen van de nieuwe schets een limiet gesteld was. De voorzitter antwoordde, dat zulks niet het geval was en dat deze limiet ook niet tevoren gesteld kon worden, omdat men niet van tevoren weet welke periode er gemoeid is met het vóóroverleg met de provinciale planologische dienst. De gemeente heeft al eerder ervaren, dat een termijn van 9 maanden niets bijzonders is. De voorzitter voegde er aan toe, dat hij aan hot stellen van een limiet weinig behoefte gevoelde, omdat de realisering van het marktplan geen haast heeft. Wel kan hij begrip opbrengen voor het parkeerprobleem en is hij boroid te bestuderen of er mogelijkheden zijn om binnen afzienbare tijd een parkeergelegenheid aan de nieuwe Markt te scheppen, welke past in de nieuwe conceptie van het plan. Het lid Roeien meende evenwel, dat bij de raad sterk de gedachte leeft om het marktplan wel zo spoedig mogelijk tot realisering te brengen. Hij gaf het college van burgemeester en wethouders in overweging zo spoedig mogelijk bouwers aan te trekken, zodat het marktplan ook spoedig zou kunnen worden gerealiseerd. Wethouder Hurks meende, dat het aanleggen van een parkeerruimte, los van het nieuwe plan, onverantwoord zou zijn, omdat dit parkeerterrein vroeg of laat toch weer zou moeten worden opgebroken, hetgeen de gemeente tenminste twee-a driehonderdduizend gulden zou gaan kosten.Mocht de Raad niettemin opdracht geven om deze voorzieningen toch uit te voeren, dan zullen burgemeester en wethouders zeer zeker hieraan medewerken, doch zulks lijkt financieel onverantwoord. De voorzitter voegde er aan toe, dat het aanleggen van een verhard parkeer terrein niet alleen inhoudt hot aanbrengen van een verharding, doch ook van een riolering. En dit uitsluitend voor een tijdelijke voorziening; bovendien de kosten zijn niet verhaalbaar. Het lid van Geel bleef bij zijn mening, dat het marktterrein, zoals het er nu bij ligt, weinig aantrekkelijks te bieden heeft en dat er op korte termijn voorzieningen getroffen moeten worden. De voorzitter repliceerde, dat hij de mogelijkheid voor het aanleggen van een parkeerplaats zeker in overweging zou nemen. Wethouder van dor Westen zei van oordeel te zijn, dat de realisering van - het -

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1970 | | pagina 2