Raad 4-8-70/10.
Mot algemene stemmen wordt besloten
a. hot voorstel aan to houden
b. oen commissie "ad hoe" te benoonen (voorstel v.d. Mosselaar)
V003T_
voor onderzoek van de aanvraag en de achtergronden* welke counissie
worden aangewezen
1 do heer Roeien
2. de heer van Geel
3. eon door B. en aan te wijzen lid van hun College waarbij de
commissie zo nodig (er is echter 3 naanden uitstel nogelijk na
indiening van beroep)uitspraak doet namens de Raad mits de me
ning der commissie unaniem is (zo niet dan komt de verdeelde
uitspraak bij de Raad)
Nader ter tafel to brengen stukken.
a. afscheid raadsleden.
De voorzitter stelt vast dat dit waarschijnlijk de laatste vergadering is
van de Raad in huidige samenstelling; drie leden zullen per 1 september
a.s. niet terugkeren te weten de heren Diknans» Biemans en Wildhagon.
De heer Bienans - aldus de voorzitter - kan bogen naar een lange dienst
tijd; hij is gegroeid naar het wethoudersschap; hij is een groot en goed
mens, die zijn onderscheiding - gezien het vele goeds in de oorlogsjaren
verricht - niet voor niets op de revers draagt; hij zegt met leed het be
sluit tot terugtreding van de heer Dikmans te hebben vernomen; hij dankt
hem mede namens de gehele raad voor zijn werk en donkkracht en hij spreekt
do hoop uit dat hij in hot komend arbeidsloze leven het werk van de gemeenb
Prinsenbeek zal blijven volgen.
De heer Biemans heeft zichzelf de kans ontnomen om tot wethouder te
worden gekozen; de voorzitter zegt» hen reeds tevoren in het jeugdwerk
gekend te hebben; hij zegt met overtuiging, dat de heer Biemans in alle
opzichten een verst ndig mens is geweest omdat hij in de eerste 2 jaren
van raadslidmaatschap weinig heeft gezegd, daar hij voelde dat hij
moest groeien; daarna is hij los gekomen, heeft zelfs vaak in de ruilver
kavelingscommissie misschien het hoogste woord gevoerd; voor alles wat de-
heer Biemans voor Prinsenbeek heeft gedaan dankt de voorzitter hem harte
lijk, en hij spreekt de hoop uit dat dit geen einde zal betekenen van de
vriendschap.
De heer Wildhagon heeft de voorzitter nog gekend via diens vader; do
Wildhagens dragen het gevoel hoog met zich mee, zij strijden als er oneer
lijkheid vermoed wordt; de heer Wildhagen moet ervaren hebben dat de man
in de straat totaal anders denkt over gemeentezaken dan de werkelijkheid,
welke hij in de Raad heeft ondervonden; hij heeft respect voor de redenen,
die de heer Wildhagen noodzaakte de Raad te gaan verlaten; heel veel heeft
hij niet gezegd, maar het waren dan ook rake"?rappante opmerkingen; hij
dankt de hoer Wildhagen voor het verrichte werk en voor de gedragen ver
antwoordelijkheid.
De heer Diknans dankt voor de gesproken woorden die "welgat ruim zijn ge
nomen"; hij heeft het werk zeer graag gedaan, maar er is een tijd van
gaan; hij dankt speciaal nog de personeelsleden, waarmede hij destijds zo
prettig heeft gewerkt.