Raad 15-9-1970/7.
Vervolgens brengt de voorzitter het voorstel van B. en W. in stemming
waarbij blijkt: dat ae heren Birven en Hennekam tegen dit voorstel van
B. en zijn
en de overige (10) aanwezige leden (Mevrouw van Dongen en
de heren van de Mosselaar, van Gorp, Lockx, Aarts, Hurks,
van der Westen, Roeien, van Geel en de Raat) zich vóór
het voorstel van B. en W. uitspreken.
Zodat het voorstel tot beschikbaarstelling van het
krediet voor de aanschaf van een Daf-vrachtwagcn is
aangenomen
Voorstel beschikbaarstelling krediet voor een bijdrage in de kosten van
wegaanleg en verbetering in de ruilverkaveling do Haagscho Beemden.
de voorzitter licht toe dat naast deze bijdrage nog staan de aanvullende
- reeds eerder besloten - bijdragen voor het rijwielpadenplan en voor de
verbetering van de Strijpenseweg en de Zanddreef.
de hoor van de Mosselaar vraagt waar dit geld (ruilverkavelingsbijdrage)
vandaan noot konen; waarop drukt het tekort
Wethouder van der Westen antwoordt dat deels een beroep zal moeten worden
gedaan op het kasgeld; hij stelt in dit verband voor tevens nu te besluiten
tot het trachten aan te trekken van een lening om aldus het ander werk
niet stop te leggen.
de hoer van de Mosselaar pleit voor een verschuiving van dit besluit van
B. en W. inzake de ruilverkavelingsbijdrage naar het einde van het jaar.
Vervolgens ontwikkelt zich een discussie waaraan de voorzitter,de beide
wethouders en de heer van do Mosselaar deelnemen over
- de financiële ruimte der kasgeldmiddelen, gezien de reeds gevoteerde
dan wel noodzakelijk te voteren kredieten
- de noodzaak om reeds nu oen lening aan te vragen (al komt de toestem
ming dan misschien eerst in 1971
- de zekerheid, dat andere werken niet blijven liggen
- een komend voorstel tot vaststelling van een urgentieschema (punt voor
punt duidelijk naar preferentie aan te geven)
- overlegging van een overzicht van kosten, inkomsten, financieringsbe
dragen, te verwachten vóór 31 december a.s.
- het nader toetsen van deze problematiek aan de begroting 1971
- de mogelijk straffere .richtlijnen voor de gemeentelijke begrotings-
politiek, gezien de Troonrede van heden.
de heer van de Mosselaar stelt voor het voorstel aan te houden tot 31 de
cember 1970.
de heer Dirven vraagt toelichting op de "bijdrage van 30% in de ruilver-
kavelingskosten"hoe is dit percentage en dit bedrag ontstaan en waarom
moet de gemeente dit betalen
do voorzitter zet een en ander uiteen (kostenopzet ruilverkaveling, rijk
betaalt 70%; de resterende 30% moet door agrariërs of betrokken gemeenten
worden gedragen; Raad heeft destijds - na overleg met G.S. - besloten het
deel van Prinsenbeek van die 30% voor rekening van gemeente te nemen en dit
na realisering ruilverkaveling te betalen; Raad heeft als last op de agra
riërs gelegd oen 30-jarige baatbelasting; de rest komt ten laste van de
algemene dienst).