flUm* 1 [JwSJMI WO/1 t
Voorstel tot ongegrondverklaring van het door J. Danen to Prinsenbeek in-
gesteld beroep togen hot besluit van E. en tot weigering van oen ver
gunning voor de bouw van een atelier net kantoor en showroom.
do heer van Geel zegt net do heer de Raat het bedrijf te hebben bezich
tigd; het bedrijf werkt in de oude schuur; nisschien bestaat de Degelijk
heid de zaak to slepen en verderop opnieuw te bouwen; het landelijk aan
zien zal niet worden geschaad gelet op de naastgelegen zaak van ¥ildhagon.
de heer Honnok.au stelt voorop dat B. en forneel juist gehandeld hoeft,
naar de wet staat ontheffing toe; het perceel heeft geen agrarische waar
de, en uitbouw doet geen afbreuk aan het landelijk geheel; on deze twee
redenen acht hij ontheffing terecht en op z'n plaats.
de heer van de Mosselaar onderstreept een en ander; het naastgelegen pand
wijst al in een zekere richting: indien herbouw kan plaats vinden zou hij
niet zo zwaar willen tillen aan hot bestenningsplan.
de voorzitter zegt er zo zwaar aan te tillen, dat hij bij gegrond verklaria-
van het beroep onmiddellijk vernietiging zal aanvragen bij do Kroon; wat
daar nu gebeurt is al in strijd net do wet Ruintelijkc Ordening; verder
gaan betekent een verdere infiltratie; de aanvrage toestaan is "volkomen
in strijd net", do ontheffing tot uitbreiding die is toegestaan - n.l.
25/è - is hen reeds eerder verleend; zelfs de omwonende agrariërs mogen be
scherming eisen togen deze infiltratie; voorheen is de norm niet zo streng
gehanteerd, omdat de wet Ruimtelijke Ordening nadien in werking is getreden
Wethouder Rooien stelt - het is vóór zijn wethouderschap in B, en be
handeld - dat hij ook geen grote agrarische waarde hecht aan dit kleine
gebied; hij vindt het jammer als zo'n bedrijf geen uitbreidingsmogelijk-
hoid hoeft; bovendien past dit bedrijf niet in de bebouwde kom c-n is het
zelfs moeilijk in die kom daarvoor plaats te vindon; in Breda - al mag dit
geen uitgangsbasis zijn - is het bedrijf Bakker ook toegestaan in het agra
risch gebied nabij de veiling; met zo'n bedrijf zou men ook niet gelukkig
zijn in do bebouwde kom; hij acht de beslissing van B. en juist maar
pleit er voor de voorschriften zo soepel mogelijk te hanteren.
do heer van de Mosselaar stolt voor dit punt aan te houden en de mogelijk
heden nader te onderzoeken.
de hoc-r Hennekam stelt stemming voor.
de heer Dirvcn is van mening, dat het bedrijfspand is gebouwd vóór do
wet Ruimtelijke Ordening; men moet aan zo iemand toch uitbreidingskansen
geven; wat na die wet komt moet worden geweerd.
Wethouder Rooien is dezelfde mening als de heer Dirvcn toegedaan.
do voorzitter wijst op de consequenties in hot algemeen in het landelijk
gebied en op handhaving van de bestemningsbepalingen; hij kan er alleen
in mee gaan als do Raad bereid is de bestemmingsbepalingen voor dat gebied
te wijzigen net als oogmerk aan de Gageldonkseweg kleine bedrijven toe te
staan.
Zonder hoofdelijke stemming wordt besloten
a. de uitspraak op het beroep aan te houden
b. voorbereidingen te treffen voor wijziging van de bestem
mingsbepalingen, zodat aan de Gageldonkseweg kleine bedrijfs
panden kunnen worden toegelaten.
