-6-
(Heer van de Mosselaar en is het
wettelijk voorgeschreven de op de hoogte te
stellen van de wijziging, toch zal het verstandig zijn
Breda als eigenaar in het vooroverleg te betrekken.
(Heer Dirven) het rioolgemaal kon er komen omdat dit ge
bied bij nutswet voor dit doel speciaal is aangewezen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel ongegrondverklaring van het beroepschrift)
besloten.
8. Votering aanvullend krediet ten behoeve van onderhoudswerken
aan het pand Groenstraat 59 (kantoor O.W. en B.W.T.)
De Voorzitter licht toe dat tijdens de werkzaamheden aan
tasting bleek van de onderlaag der goten; hij vraagt het
krediet als spoeduitgaaf te bestempelen.
Wethouder Roeien deelt mede, dat deze kosten wel als onder
houdswerk had kunnen worden uitgevoerd, doch het is de Raad
voorgelegd omdat het oorspronkelijke krediet ook door de
Raad was aanvaard; de werkzaamheden liggen stil en in som
mige lokalen lekt het binnen.
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform het
voorstel besloten als spoedeisende uitgaaf.
9. Nota van de door de Raad ingestelde commissie - ad - hoe
ter onderzoek van het door de Heer C.A.J. Dirven (lïieuw-
Ginneken) ingesteld beroepschrift wegens weigering van een
b ouwvergunning
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie - ad - hoe
unaniem van mening is dat het bouwplan niet mag worden
aanvaard
Wethouder Roeien licht toe, dat voor zover het hem betrof
de mening van de commissie - ad - hoe unaniem is geworden,
toen in de commissie-vergadering de betrokken aanvrager
mededeelde - op een desbetreffende vraag - dat het in het
geheel geen verschil uitmaakt of hij zijn bedrijf vanuit
Nieuw-Ginnelcen leidde of van dichtbij (via de bouw van het
pand)dat was voor Wethouder Roeien het kardinale punt
dat de overtuiging bracht, dat het aanvrager alleen te doen
was om in Prinsenbeek te wonen en dat het agrarisch belang
op de achtergrond bleef.
De Heer Hennekam voelt hier toch een zekere subjectieve in
breng, men kan natuurlijk zijn schouders ophalen over bedrijfs
voering vanuit Nieuw-Ginneken, maar belangrijker is voor hem
de vraag - zonder zich tegen het voorstel te verklaren - op
welke wettelijke gronden de bouwaanvraag is geweigerd.
