- 3 -
3. Voorstel tot het beschikbaar stellen van een crediet
voor de aanleg van een parallelweg tussen SteenpikkoT"-.
straat en Veldnad in verband net de opheffing van de
spoorwegovergang Veldpad,
Wethouder Roeien., het woord verkrijgende, herinnerde
de Raad er aan, dat de kwestie van de opheffing van de
spoorwegovergang aan het Veldpad al jaren slepende is.
Het betreffende gebied heeft in elk bestenningsplan
al een agrarische bestenning gehad en heeft die nu nog.
Alxe betrokken eigenaren in dit gebied hebben
enkele jaren geleden gevraagd vrijwillig aan te mogen
sluiten bij de ruilverkaveling Princenhage Woord, doch
dit verzoek is afgewezen. Indien zij opgenonen waren ge
weest in genoemde ruilverkaveling, hadden zij ook de
ontsluitingskosten nee betaald.
Begin juni j.l. is een schrijven van de Spoorwegen inge
komen met de mededeling, dat men bereid is een bijdrage
van 15.000,— te verstrekken in de aanleg/verbetering
van een parallelweg tussen Veldpad en Steenakkerstraat, mits
de spoorwegovergang wordt opgeheven. Met de betreffende
belanghebbenden is toen onmiddellijk vooroverleg gepleegd
en uit dat vooroverleg is een duidelijke bereidheid naar
vorêngekonen inzake de afstand van de benodigde grond
en een bijdrage in de kosten van verharding van de parallel
weg. Zijnerzijds, zo vervolgde wethouder Roeien, is
toen gesteld, dat de gemeente eenzelfde bedrag zou behoren
bij te dragen en de restantkosten op de belanghebbenden
zou worden verhaald, hetzij via een vrijwillige bij
drage ineens of over enkele jaren uitgesmeerd, hetzij
via een baatbelasting,
Wethouder van der 'Westen voegde er aan toe, dat de raads
commissie voor financiën geen schriftelijke toezegging
inzake deze bijdrage door derden had zien vastgelegd!
De commissie is met de overige punten in het voorstel
geheel accoord gegaan, doch adviseerde de bijdrage
van belanghebbenden te bepalen op 10.000,en te ver
delen, naar rato van het profijt, dat zij van deze
weg hebben.
De heer Jansen wilde meer helderheid en zekerheid hebben
in de bijdrage welke van de belanghebbenden wordt gevorderd.
Hij wilde graag een exact bedrag vastgesteld zien. In
dit verband vond hij het belangrijk te weten aan wie
een eventueel door de Cultuurtechnische Dienst te ver
strekken subsidie toekomt.
Wethouder Roeien antwoordde, dat het standpunt van Burge
meester en Wethouders in dat opzicht reeds was bepaald; het
subsidie zal aan de gemeente toekomen.