-19- 3. Ik wil hierbij nog even wijzen op eerdere annexatievoorstellen rond Breda, o.a. in 1921. Toen ook werd voorgesteld om Princen- hage als kern bij Breda te voegen. In 1927 werd tenslotte alleen het direct benodigde gebied voorstadsbebouwing van de gemeente Princenhage aan Breda overgedragen. Precies 25 jaar later werd dan toch de kern Princenhage met het zuidelijk gedeelte van deze voormalige gemeente bij Breda gevoegd. Zoals U al hebt kunnen constateren uit mijn bemerkingen, toch ook nog tien twintig jaar te vroeg, omdat men het economisch, sociaal en cultureel leven in deze eertijds zo bloeiende gemeenschap daardoor toch grotendeels onbewust om zeep heeft geholpen. Desastreuzer zullen de gevolgen van een eventuele annexatie voor Prinsenbeek zijn, omdat - zoals al herhaaldelijk is betoogd - de kern Prinsenbeek zelfs in de verre toekomst nog geen directe aansluiting kan krijgen met de stadsbebouwing van de stad Breda. Zoals U bekend is, tobt men in Breda met de integratie van de nieuwe wijk Breda-noord. Pen van de argumenten van het miljoenen project Breda-Hoogspoor was juist om door een betere infra-struc- tuur juist dit structurele probleem van de Bredase gemeenschap tot een betere oplossing te brengen. Hoeveel miljoenen zal het dan niet kosten - wil men tot een structurele eenheid komen van Breda en haar noordelijke randge meenten - om b.v. Prinsenbeek in de Bredase gemeenschap te inte greren Vooropgesteld natuurlijk dat men deze integratie noodzakelijk acht, en zoals eerder al betoogd, men niet alleen maar naar mooie technische en administratieve eenheden zoekt, die men dan nog de naam van gemeente wenst mede te geven. 4. Het ligt m.i. juist in de bedoeling van de Minister om juist deze problemen niet in de annexatie, maar in op-te-richten stadsge westen verder uit te werken. En daar horen zij volgens onze bescheiden mening ook thuis. De stadsuitleg of verdere urbanisatie van het gebied rond Breda is niet alleen het probleem van de Gemeente Breda, maar van ons allemaal In deze tijd van mede-inspraak, wat volgens ons ook betekent mede verantwoordelijkheid, zijn wij als Prinsenbeekse gemeenschap ten volle overtuigd van deze verantwoordelijkheid en willen en kunnen wij deze ook ten volle dragen. 5. Ik geloof dan ook, dat Prinsenbeek tot op de dag van heden hieraan ten volle heeft medegewerkt en wil medewerken, getuige daarvan de uitbouw en ontwikkeling van onze gemeente. Als verder bewijs en positieve stellingname in deze blijkt ook overduidelijk de houding van de Prinsenbeekse gemeenschap t.a.v. de uitleg van de stadsontwikkeling in het zo genoemde Haagsche Beemden-Oost gebied. -Op-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1971 | | pagina 38