De Heer Dirven zegt, dat enkele bewoners van panden aan de Meester
Bierensweg geklaagd hebben over de matige voorlichting van gemeente
wege bij de reconstructie van deze straat.
De voorzitter wijst er op, dat dit buiten de orde valt.
De Heer Dirven vestigt er in dit verband echter de aandacht op, dat
in het op 25 mei 1971 aangeboden urgentieschema ten aanzien van de
reconstructie Meester Bierensweg/Spoorstraat duidelijk staat vermeld
dat uitvoering alleen zal plaatsvinden indien belanghebbenden bij
dragen in de kosten.
Onlangs is tot reconstructie besloten zonder de betreffende bewoners
te horen, dit is derhalve onjuist.
Wethouder Roeien herinnert er aan, dat in de raadsvergadering, waarin
het krediet voor de Meester Bierensweg beschikbaar is gesteld, duide
lijk de aandacht gevestigd werd op de heffing van een baatbelasting.
Voorts was aan de voorwaarden van reconstructie, zoals door de Heer
Dirven is gesteld, de voorwaarde verbonden, dat realisering alleen zou
plaats hebben, indien de D.A.C.W. een subsidie zou verlenen.
Tenslotte gaat hij nog nader in op het gerezen misverstand met betrek
king tot het horen van de bewoners.
De Heer Dirven zegt te kunnen instemmen met de gemiddelde aanslui-
tingskosten van een woning op de riolering.
Vervolgens wijst hij er op, dat bij de aanleg van de eerste riolering
aan de Valdijk, Beeksestraat en gedeelte van de Meester Bierensweg, de
betrokken eigenaren de grond van de sloot om niet aan de gemeente heb
ben overgedragen, terwijl in het onderhavige geval de benodigde grond
aan de gemeente is verkocht; dit verschil is nergens tot uitdrukking
gebracht.
De secretaris attendeert op de wijziging van de gemeentewet in december
1970, waarbij ten aanzien van de baatbelasting werd bepaald, dat
slechts tot de heffing ervan kan worden besloten binnen één jaar na
de voltooiing van het onderhavige werk.
Wethouder Roeien zegt de gedachten van de Heer Hennekam geheel te kun
nen volgen.
Hij geeft een uitvoerige uiteenzetting waarom het bestaande riolerings-
net niet verder kan worden uitgebreid. Voorts licht hij toe, dat het
gedeelte van de persleiding, waarop de leiding van de Meester Bierens
weg gaat uitkomen, behoort tot de definitieve bestemming van hef rio
leringsplan
De voorzitter merkt hierbij nog op, dat de eerste riolering tot stand
is gekomen omstreeks 1950, o.a. werd toen de Spoorstraat voorzien van
riolering en een nieuwe bestrating.
Verder zet hij uiteen, waarom een gedeelte van de Meester Bierensweg
reeds eerder was voorzien van een aansluiting op de riolering.
Indien deze personen belast zouden worden, dan dient dit eveneens
plaats te vinden voor de bewoners van woningen aan de Spoorstraat,
Kapelstraat, Kromme Elleboog en Klaverveld. Verschillende eigenaren
van aan deze wegen gelegen panden, verkeren in een soortgelijk® om
standigheid.
Wethouder van der Westen tekent hierbij aan dat voor de verbetering
van zowel riolering als bestrating van genoemde wegen nooit gedacht
is aan de heffing van een baatbelasting, zodat zijns inziens hetzelfde
dient te gelden voor meergenoemd gedeelte van de Meester Bierensweg.