-11- Gedeputeerde Staten stellen zich in hun advies échter het door Prinsen beek aangedragen alternatief, namelijk overdracht Haagsche Beemden Oost "aan Breda. Te verwachten is, dat de Minister dit advies zal opvolgen en "dan zou binnen een jaar de gebiedsafstand een feit kunnen zijn". Einde citaat, mijnheer de voorzitter, waren wij, zoals gezegd, vorig jaar de mening toegedaan dat binnen het jaar de overdracht van de Haagsche Beemden een feit zou zijn, nü zien we andermaal weer hoe onberekenbaar de politiek en de daarop afgestemde prognose soms is. Wél is inmiddels met Breda overeengekomen, waar beider gemeente-grens zal lopen, maar omtrent de afwikkeling, in tijd bezien, bestaat geen duidelijke lijn. Dientenge volge is de ongerustheid van vele bewoners in Haagsche Beemden Oost alles zins voor te stellen en juist daarom is het een goede zaak dat een komitee van belanghebbenden uit dat gebied is ingesteld. Een niet onbelangrijk fi nancieel aspect tenslotte, is de vraag voor de gemeente wanneer de over dracht zal plaatsvinden, omdat dit een vermindering van ruim f.100.000, per jaar uit het gemeentefonds zal gaan betekenen. Mijnheer de voorzitter, een volgend facet van de externe bestuurlijke aangelegenheden is de noodzaak tot samenwerking met andere gemeenten en instellingen ter behartiging van problemen die niet beginnen of ophouden bij gemeente-grenzen. Vraagstukken van woningbouw, milieu-hygiénewerk gelegenheid enzovoorts, moeten op grotere schaal aangepakt worden. Aktueel is momenteel het op gang zijnde woningmarktonderzoek in de Regio Breda. Achter ons liggend, gelukkig, wés er het probleem van de werkgelegenheid in de Regio, met name de situatie bij Enka-Breda. De angst die toen be stond over de toekomst van de Prinsenbeekse Enka-werknemersheeft ook in déze begroting zijn neerslag gevonden, namelijk in de sterk verhoogde post "werkloosheidsvoorziening". Laten we niet alleen hopen, maar er vooral voor werken, dat het aantal uitkeringen uit deze post zo minimaal mogelijk behoeft te zijn. Gesproken over de Regio Breda, mijnheer de voorzitter, willen wij als fraktie duidelijk onderstrepen positief hier tegenover te staan. Wél zijn we het eens met vele gemeenten uit deze Regio en éök met de niet-aangeslo- ten gemeenten Etten-Leur en Oosterhout dat gestreefd moet worden naar de vorming van êêv\ Gewest West-Brabant. Ons verschil van inzicht met de gemeenten Etten-Leur en Oosterhout be staat dan ook enkel hierin dat wij een Regio, mits niet te zwaar van karakter en bemanning, niét zien als een hinderpaal op weg naar het te vormen Gewest. Met betrekking tot de interne bestuurlijke aangelegenheden enkele korte opmerkingen, mijnheer de voorzitter. 1. Een zeer groot gedeelte van de gemeentelijke uitgaven komt voor reke ning van de personeelskosten en vooral bij de dienst Openbare Werken stijgen deze kosten elk jaar aanzienlijk. Het is ons inziens met name voor die dienst de vraag of de verhouding tussen uitbesteden van werk en uitvoeren in eigen beheer, goed ligt. Indien te zijner tijd de reinigingsdienst zou worden uitbesteed, wordt deze vraag nog belang rijker. Een éénmaal aangenomen ambtenaar in dienst der gemeente blijft en de daaraan verbonden personeelslasten blijven terugkeren; dit staat dan nog helemaal los van de effectiviteit. Hiermede wil door onze fraktie niet gezegd zijn dat het gemeentebe stuur in het verleden te veel medewerkenden heeft aangetrokken; zeker 'niet.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Prinsenbeek - Notulen van de gemeenteraad | 1972 | | pagina 223