- 22 -
Voorstel tot het beschikbaar stellen van een krediet voor
de riolering en wegverbetering van de Kr. Biercnsweg.
De voorzitter zeide, dat niet de schijn gewekt moet worden,
dat onmiddellijk na de vorstperiode in de Ir. Eierensweg rio
lering zal worden aangebracht en het wegdek verbeterd zal wor
den; het is alleen de bedoeling dit object te plaatsen in
D.A.C.W. verband en om deze gelegenheid aan te grijpen, moet
hot totale krediet door de Raad beschikbaar gesteld worden.
De commissie voor financiën heeft x\rel gevraagd om, alvorens
het werk in uitvoering wordt genomen, overleg met de Raad te
plegen omtrent de grootte van het te besteden bedrag.
Wethouder C.J. Roeien memoreerde, dat in een eerdere raads
vergadering een brief van Gedeputeerde Staten onvoorbereid in
behandeling is genomen, waarbij begrepen is, dat Gedeputeerde
Staten een bedrag van 144.000,— subsidie beschikbaar zouden
hebben gesteld. Later is duidelijk geworden, dat dit het bedrag
is, waarop een 25 jaarlijkse uitkering is afgestemd.
Deze aangelegenheid is op hoger niveau besproken niet alleen
bij een lid van het College van Gedeputeerde Staten, doch ook
in het kader van de werkloosheidsbestrijding, waarbij wel is
komen vast te staan, dat de gemeente in eerste instantie dient
te beschikken over een goedgekeurd krediet. Het krediet is
gebaseerd op de oorspronkelijke raming van enkele jaren geleden,
vermenigvuldigd met een index-cijfer. Het gaat om een krediet
van 1.240.000,
Omtrent de kansen van realisering in D.A.C.W. verband zeide,
wethouder C.J. Roeien niet al te optimistisch gestemd te zijn,
maar wel moet elk middel te baat genomen worden om de verwezen
lijking van dit object mogelijk te maken.
De heer P.H.J. van de Mosselaar vroeg zich af, in hoeverre aan
dit object urgentie wordt verleend.
De voorzitter antwoordde dat dit werk mogelijk kan worden
uitgevoerd in D.A.C.W.-verband, dat wil zeggen ter bestrijding
van de werkloosheid; strikt genomen zou men in feite moeten
wensen, dat dit werk nimmer in D.A.C.W.-verband zou behoren te
worden uitgevoerd. Maar van de zijde van de D.A.C.W. werd min
of meer gesuggereerd dit object aan te melden, omdat er een
gerede mogelijkheid aanwezig is het werk tot uitvoering te
brengen.
Wethouder C.J. Roeien voegde er nog aan toe, dat aan het onder
havige object een vrij grote urgentie wordt toegekend, maar
het zal uiteraard van de Regering afhangen welke middelen het
Rijk voor deze werken in het kader van de werkloosheidsbestrij
ding ter beschikking stelt. Ben daartoe ingestelde commissie
adviseert aan de Ragering, waarbij het uitgangspunt is de mate
van werkloosheid, die zich in een bepaald gebied manifesteert.