- 10 -
Terecht is, naar onze mening, door lijst één de vraag opgeworpen
of de geneente niet tijdig zal noeten zorgdragen voor de heffing
van een belasting op de gebouwde eigendommen, die net de aanleg
van bovengeschetste voorzieningen zijn gebaat. Ons College zal
zich te dien aanzien noeten beraden en - ofschoon met tegenzin -
daartoe de nodige voorstellen aan Uw Raad moeten doen.
10.In dit verband is de opnerking, dat informele besprekingen tussen
de Raad enerzijds en het College van Burgemeester en Wethouders
met de hoofden van dienst anderzijds inzake de opzet van belang
rijke projecten, naar onze mening zeer juist te noemen. Het be
vordert niet alleen een goede verstandhouding tussen de bestuurs
colleges onderling en de ambtenaren, doch kan daarnaast zeer
vruchtbaar werken ten aanzien van de geëntameerde plannen. Wij
juichten deze suggestie van harte toe.
11.Milieuhygiëne
De water- lucht en bodemverontreiniging heeft als gevolg van de
sterk toegenomen ontwikkeling op technische gebied en de sterk
gestegen welvaart, een zeer zware last op de schouders van ons
allen gelegd. Het is de taak van de overheid en niet in de laat
ste plaats van de gemeente, om voortdurend aandacht te schenken
en te blijven schenken aan deze materie. Vooral het huisvuil
dat aan de zorgen van het gemeentebestuur wordt toevertrouwd,
neemt op onrustbarende wijze toe- Er zal ons inziens een oplossing
voor dit ontstellende probleem moeten worden gevonden om hetzij
in regionaal of in gewestelijk verband tot vernietiging van het
huisvuil b.v. door verbranding te komen. De kosten hiervan zullen
aanzienlijk zijn en wij allen zullen deze kosten gezamenlijk
moeten dragenons College zal niet schromen ter oplossing van
dit probleem een actieve rol te spelen.
12.Een ander onderwerp, dat in de algemene beschouwing werd aange
roerd, is het parkeren van bedrijfswagens in de kom van de ge
meente. Zoals Uw Raad bekend is, is nog vrij recent (in 1969)
in de algemene politieverordening een aantal artikelen opgenomen
welke beogen voertuigen met een lengte van meer dan zes meter te
weren, indien zij naar het oordeel van Burgemeester en Wethouders
het uitzicht van een bepaald perceel voor de bewoners op hinderlijke
wijze belemmeren. Deze zogenoemde welstandsbepalingen zijn door
Uw Raad aanvaard in tegenstelling tot een voorstel onzerzijds om
een parkeerverordening in onze gemeente in te voeren, om aan het
parkeren van bedrijfswagens en andere voertuigen zekere grenzen
te stellen. Wij hebben ons ten aanzien van de beheerders van deze
voertuigen niet negatief willen opstellen door alleen een verbod
tot parkeren uit te vaardigen. Wij hebben de plaatsen aangewezen
waar, althans voorlopig, grote voertuigen mogen worden gestald.
Deze plaats is thans nog de Markt. Nu hiervan binnen afzienbare
tijd een gedeelte zal worden bouwrijp gemaakt, zal naar een andere
parkeerplaats voor vrachtwagens moeten -worden uitgezien.